De zaak in het kort
De rechtbank Gelderland behandelde een verzoek van twee appartementseigenaren, [verzoeker sub 1] en [verzoeker sub 2], die een wijziging van de splitsingsakte van hun Vereniging van Eigenaren (VvE) eisten. Dit verzoek richtte zich op het wijzigen van bepaalde delen van de akte en het verkrijgen van een verklaring voor recht over de oppervlakteberekening van de privé-gedeelten. De rechtbank wees zowel het verzoek tot wijziging van de splitsingsakte als de gevraagde verklaring voor recht af. De verzoekers werden veroordeeld tot het betalen van de proceskosten van de verwerende partijen.
Het verloop van het proces en de feiten
De zaak begon met een verzoekschrift van de verzoekers op 24 april 2024. Verweerders, bestaande uit vijf andere appartementseigenaren, dienden hun verweerschriften in tussen juni en juli 2024. Er vond een mondelinge behandeling plaats op 3 december 2024, waarna een besluit werd genomen om mediation te overwegen. Echter, de verweerders zagen geen heil in mediation, wat werd bevestigd in een e-mail van 4 december 2024.
De achtergrond van de zaak betreft een akte van splitsing uit 2009, waarin het terrein en het gebouw op [adres 1] is gesplitst in 14 appartementsrechten. De verzoekers zijn eigenaren van één van deze appartementsrechten en menen dat de feitelijke situatie van het pand op sommige punten niet overeenkomt met de splitsingsakte. Zij stelden dat wijzigingen noodzakelijk waren, onder meer omdat het trappengat en de hal op de bovenste verdieping gemeenschappelijke delen zouden zijn en niet bij hun appartementsrecht horen. Daarnaast wilden ze een verklaring dat de volledige oppervlakte van de privé-gedeelten moest worden meegenomen in de berekening van de breukdelen.
In 2019 en 2023 hadden de verzoekers al eerder geprobeerd de splitsingsakte te wijzigen, maar hun verzoeken werden toen ook afgewezen. De eerdere beschikking van 11 oktober 2019 en de niet-ontvankelijkheidsverklaring van 22 maart 2024 vormden een belangrijk onderdeel van deze nieuwe procedure.
De beslissing van de rechtbank
De rechtbank oordeelde dat er geen reden was om de splitsingsakte te wijzigen, zoals door de verzoekers gevraagd. Ten eerste was er geen verschil tussen de feitelijke toestand van het pand en wat in de splitsingsakte van 2009 was vastgelegd. Het verzoek om te bepalen dat het trapgat en de hal gemeenschappelijk zijn, werd verworpen omdat de splitsingstekening uit 2009 deze delen al als een geheel beschouwde, dat volledig bij het appartementsrecht van de verzoekers hoorde.
Ook het verzoek om de bergingen binnen hun appartementsrecht te herzien werd afgewezen. De rechtbank constateerde dat de feitelijke situatie niet afweek van de omschrijving in de akte en er geen belangrijk belang was dat wijziging noodzakelijk maakte. Verder hadden de verzoekers geen duidelijkheid verschaft over wat een wijziging zou opleveren, en het was onbekend of andere leden van de VvE hier toestemming voor hadden geweigerd.
Wat betreft de dakkapel en loggia die de verzoekers aan hun appartement hadden toegevoegd, erkende de rechtbank dat deze na de akte van 2009 waren geplaatst. Echter, er was geen noodzaak voor een rechterlijk bevel omdat de VvE en haar leden eerder hadden aangegeven geen bezwaar tegen een wijziging op dit punt te hebben.
De rechtbank oordeelde ook dat een verklaring voor recht niet in een verzoekschriftprocedure kon worden gevraagd. Een dergelijke verklaring moet via een dagvaardingsprocedure worden ingesteld. De verzoekers hadden onvoldoende onderbouwd waarom een uitzondering op deze regel in hun geval gerechtvaardigd zou zijn. Bovendien was er in de akte uit 2009 al een basis gegeven voor de vaststelling van de breukdelen, waardoor er geen strijd met artikel 5:113 lid 1 BW was.
De rechtbank veroordeelde de verzoekers in de proceskosten van de verweerders. Het verzoek om de verzoekers in de werkelijke proceskosten te veroordelen werd afgewezen omdat het beroep op een eerdere beschikking van 2019 was verworpen.
Al met al wees de rechtbank het verzoek en de vordering van de appartementseigenaren af en stelde hen aansprakelijk voor de proceskosten van beide partijen. Deze beslissing onderstreept het belang van grondige juridische onderbouwing en samenwerking binnen een VvE bij het aanpassen van juridische documenten zoals splitsingsaktes.
Lees de originele uitspraak hier.
Disclaimer: Deze samenvatting is automatisch gegenereerd en kan daardoor fouten bevatten.
Raadpleeg altijd de originele uitspraak.