De zaak in het kort
Deze rechtszaak betreft de verdeling van een omvangrijke huwelijksgemeenschap na een echtscheiding. Het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden behandelt een hoger beroep dat is ingesteld door de vrouw tegen een eerdere beschikking van de rechtbank Midden-Nederland. De vrouw probeerde tijdens de scheidingsprocedure een onevenredig groter deel van de huwelijksgemeenschap te verkrijgen. Het hof moest beoordelen hoe de gemeenschap van goederen, waarin het stel in 2017 was gehuwd, verdeeld moest worden. De vrouw, met Italiaanse nationaliteit, en de man, met Nederlandse nationaliteit, hadden diverse conflicten over de verdeling van onroerend goed, schulden, en andere vermogensbestanddelen.
Het verloop van het proces en de feiten
De oorspronkelijke echtscheidingsprocedure begon met een verzoek van de vrouw op 6 januari 2022. De vrouw en de man waren sinds 2017 in gemeenschap van goederen gehuwd en hadden een kind, geboren in 2021. Na de echtscheidingsbeschikking op 23 januari 2023, werd de zaak verder behandeld om de verdeling van de gezamenlijke goederen en schulden te regelen. De vrouw had 21 grieven tegen de eerdere beschikking ingebracht. Ze verzocht om onder andere inzage in bankrekeningen van de man, de overname van een woning, en een herverdeling van diverse vermogensbestanddelen.
Tijdens de zitting op 12 september 2024 waren beide partijen aanwezig met hun advocaten. De vrouw voerde aan dat bepaalde schenkingen van haar familie niet in de gemeenschap zouden moeten vallen. Het hof moest ook beoordelen of de vrouw terecht zonder medeweten van de man een woning had verkocht en of de waarde van verschillende onroerende zaken juist was vastgesteld. De vrouw had voor de ontbinding van de gemeenschap een groot bedrag overgeboekt naar een eigen rekening, wat leidde tot extra geschilpunten.
De beslissing van de rechtbank
Het hof oordeelde dat de vrouw zich op diverse manieren had geprobeerd te bevoordelen ten koste van de man. Het hof bekrachtigde grotendeels de eerdere beslissing van de rechtbank, maar maakte enkele aanpassingen in de verdeling:
1. **Woningen in Nederland en Italië**: De vrouw kreeg de gelegenheid om de woning in Nederland over te nemen, mits zij de man uit de hoofdelijke aansprakelijkheid van de hypotheek kon ontslaan. De man kreeg een vergelijkbare kans voor de woning in Italië. Als overname niet mogelijk bleek, zouden de woningen aan derden verkocht moeten worden, met gelijke verdeling van de opbrengst.
2. **Vordering op de moeder van de vrouw**: Het hof wees een groot deel van de vordering toe aan de vrouw, maar zij moest een aanzienlijk bedrag aan de man vergoeden wegens overbedeling.
3. **Vergoedingen en kosten**: De vrouw moest een bedrag aan de gemeenschap vergoeden voor het onttrekken van een groot geldbedrag van een gezamenlijke rekening. Daarnaast werd bepaald dat de vrouw de helft van de opgenomen waarde van Bitcoins aan de man moest betalen.
4. **Verkeersboetes en advocaatkosten**: De vrouw werd veroordeeld om een deel van de verkeersboetes en advocaatkosten te betalen. Het hof hield vast aan de regel dat ieder zijn eigen advocaatkosten draagt.
5. **Inboedel en auto**: Het hof besloot dat de inboedel zonder verdere verrekening aan de partijen zou worden toebedeeld zoals ze nu is verdeeld. De vrouw moest echter de helft van de geschatte waarde van de auto aan de man vergoeden.
6. **Overige beslissingen**: Het hof wees alle andere verzoeken om extra informatie en verrekeningen af, omdat deze onvoldoende onderbouwd waren en de procedure onnodig zouden vertragen.
Het hof besloot de proceskosten te compenseren, zodat beide partijen hun eigen kosten dragen. Deze beschikking werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat ze direct in werking treedt ondanks dat hoger beroep nog mogelijk is.
Lees de originele uitspraak hier.
Disclaimer: Deze samenvatting is automatisch gegenereerd en kan daardoor fouten bevatten.
Raadpleeg altijd de originele uitspraak.