VvErechtspraak.nl
Geen resultaten
Bekijk alle resultaten
  • VvE beheer
  • VvE-Incasso
  • Aansprakelijkheid bestuur
  • Procesrecht
  • Overlast en hinder
  • Onderhoud
  • Overige categorieën
    • Bestemming van het appartement
    • Diversen
    • Lekkage en andere schade
    • Rechtsgeldigheid VvE besluit
    • Verbouwingen
    • Verduurzaming
    • Verjaring in de VvE
    • Vervangende machtiging
    • Wijzigingen van de splitsingsakte
  • VvE beheer
  • VvE-Incasso
  • Aansprakelijkheid bestuur
  • Procesrecht
  • Overlast en hinder
  • Onderhoud
  • Overige categorieën
    • Bestemming van het appartement
    • Diversen
    • Lekkage en andere schade
    • Rechtsgeldigheid VvE besluit
    • Verbouwingen
    • Verduurzaming
    • Verjaring in de VvE
    • Vervangende machtiging
    • Wijzigingen van de splitsingsakte
Geen resultaten
Bekijk alle resultaten
VvErechtspraak.nl
Geen resultaten
Bekijk alle resultaten

ECLI:NL:RBMNE:2025:109 rechter verklaart testamentair verzoek onverbindend

by VvERechstpraak.nl
26/06/2025
Reading Time: 2 mins read
A A
0

De zaak in het kort

In deze zaak oordeelt de rechtbank Midden-Nederland over een geschil betreffende de uitvoering van een testament. Erflaatster had in haar testament specifieke voorwaarden opgelegd met betrekking tot een woning in Zwitserland, waaronder een dringend verzoek om het pand vijftig jaar niet te vervreemden en om de vruchten van het pand aan te wenden voor natuur- en dierenbescherming in Nederland. Na verwerping van het legaat door de oorspronkelijke begunstigde, Stichting Dioraphte, kwamen de woning en de bijbehorende lasten terecht bij KWF en Rembrandt. Deze organisaties vroegen de rechtbank om bepaalde testamentaire lasten voor niet-geschreven te houden vanwege praktische en juridische complicaties.

Gerelateerde uitspraken

ECLI:NL:GHAMS:2025:1785 hoger beroep WOZ-waarde woning gerechtshof Amsterdam

ECLI:NL:GHAMS:2025:1786 gerechtshof bevestigt WOZ-waarde en procesverloop

ECLI:NL:RBAMS:2025:4420 jeugdstraf voor rol bij ontploffing en mishandeling

Het verloop van het proces en de feiten

De procedure begon met een verzoekschrift van KWF en Rembrandt, waarin zij de rechtbank vroegen om een aantal verklaringen voor recht af te geven. Tijdens de mondelinge behandeling, gehouden op 19 december 2024, waren vertegenwoordigers van KWF en Rembrandt aanwezig, evenals mr. Wiersema, voormalig executeur van de nalatenschap.

Mevrouw [erflaatster], geboren in 1915, overleed in 2010 te Laren. In haar testamenten van 2007 en 2008 legateerde zij haar Zwitserse woning aan Stichting Dioraphte, met het dringende verzoek het pand vijftig jaar niet te verkopen en de opbrengsten te gebruiken voor natuur- en dierenbescherming in Nederland. Na de verwerping van het legaat door Dioraphte, vielen het pand en de lasten toe aan KWF en Rembrandt. Het pand verkeerde echter in slechte staat, met hoge onderhoudskosten en een te lage huurprijs om deze kosten te dekken.

De statutaire doelstellingen van KWF en Rembrandt, beide goede doelen met eigen missies, sloten niet aan bij de testamentaire last om opbrengsten ten gunste van natuur- en dierenbescherming aan te wenden. Dit leidde tot het verzoek aan de rechtbank om deze last voor niet-geschreven te houden. Daarnaast bevatte het testament een verzoek het pand nooit te verkopen aan bepaalde personen (de eigenaren van een naburig pand), hetgeen in conflict kwam met de Zwitserse VVE-overeenkomst die een voorkeursrecht bij verkoop aan deze personen verleende.

De beslissing van de rechtbank

De rechtbank oordeelde dat het dringende verzoek van de erflaatster om het pand vijftig jaar niet te verkopen niet bindend was voor KWF en Rembrandt. De rechtbank verleende een verklaring voor recht dat KWF en Rembrandt gerechtigd zijn het appartement te vervreemden. De last om het pand niet aan de eigenaren van het naburige pand te verkopen werd eveneens voor niet-geschreven gehouden, omdat het pand anders feitelijk onverkoopbaar zou zijn vanwege het voorkeursrecht in de VVE-overeenkomst.

De rechtbank wees echter het verzoek om de last betreffende de aanwending van exploitatieopbrengsten voor natuur- en dierenbescherming op te heffen af. De rechter vond dat deze last niet objectief onmogelijk was, ondanks de statutaire beperkingen van KWF en Rembrandt. De rechtbank suggereerde dat eventuele toekomstige huuropbrengsten alsnog ten goede kunnen komen aan natuur- en dierenbescherming, overeenkomstig de geest van de erflaatster.

De beschikking werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders verzochte door KWF en Rembrandt werd afgewezen. Tegen deze beslissing kan hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.

ADVERTISEMENT

Lees de originele uitspraak hier.

Disclaimer: Deze samenvatting is automatisch gegenereerd en kan daardoor fouten bevatten.
Raadpleeg altijd de originele uitspraak.

ShareSendSend
Previous Post

ECLI:NL:RBGEL:2025:391 verkoper niet aansprakelijk voor intrekken vergunningaanvraag

Next Post

ECLI:NL:RBAMS:2023:9027 weigering balkonbouw vernietigd; kostenveroordeling

Gerelateerde uitspraken>>>

Bestemming van het appartement

ECLI:NL:GHAMS:2025:1785 hoger beroep WOZ-waarde woning gerechtshof Amsterdam

13/07/2025
Bestemming van het appartement

ECLI:NL:GHAMS:2025:1786 gerechtshof bevestigt WOZ-waarde en procesverloop

13/07/2025
Bestemming van het appartement

ECLI:NL:RBAMS:2025:4420 jeugdstraf voor rol bij ontploffing en mishandeling

12/07/2025

VvErechtspraak.nl

  • Contact
  • Over ons

Bezoek ook eens

Alle rechten onder voorbehoud © 2025 VvE Rechtspraak.

Geen resultaten
Bekijk alle resultaten
  • VvE beheer
  • VvE-Incasso
  • Aansprakelijkheid bestuur
  • Procesrecht
  • Overlast en hinder
  • Onderhoud
  • Overige categorieën
    • Bestemming van het appartement
    • Diversen
    • Lekkage en andere schade
    • Rechtsgeldigheid VvE besluit
    • Verbouwingen
    • Verduurzaming
    • Verjaring in de VvE
    • Vervangende machtiging
    • Wijzigingen van de splitsingsakte

Alle rechten onder voorbehoud © 2025 VvE Rechtspraak.