VvErechtspraak.nl
Geen resultaten
Bekijk alle resultaten
  • VvE beheer
  • VvE-Incasso
  • Aansprakelijkheid bestuur
  • Procesrecht
  • Overlast en hinder
  • Onderhoud
  • Overige categorieën
    • Bestemming van het appartement
    • Diversen
    • Lekkage en andere schade
    • Rechtsgeldigheid VvE besluit
    • Verbouwingen
    • Verduurzaming
    • Verjaring in de VvE
    • Vervangende machtiging
    • Wijzigingen van de splitsingsakte
  • VvE beheer
  • VvE-Incasso
  • Aansprakelijkheid bestuur
  • Procesrecht
  • Overlast en hinder
  • Onderhoud
  • Overige categorieën
    • Bestemming van het appartement
    • Diversen
    • Lekkage en andere schade
    • Rechtsgeldigheid VvE besluit
    • Verbouwingen
    • Verduurzaming
    • Verjaring in de VvE
    • Vervangende machtiging
    • Wijzigingen van de splitsingsakte
Geen resultaten
Bekijk alle resultaten
VvErechtspraak.nl
Geen resultaten
Bekijk alle resultaten

ECLI:NL:RBAMS:2024:6601 intrekking parkeervergunning vernietigd wegens onvoldoende bewijs

by VvERechstpraak.nl
26/06/2025
Reading Time: 2 mins read
A A
0

De zaak in het kort

De rechtbank Amsterdam heeft in een bestuursrechtelijke zaak geoordeeld over de intrekking van een parkeervergunning van een inwoner van Amsterdam. Het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam had de parkeervergunning ingetrokken omdat de eigenaar van de vergunning volgens hen kon beschikken over een eigen stallingsplaats bij zijn wooncomplex. De rechtbank vernietigde het besluit tot intrekking omdat er onvoldoende feitelijke grondslag was om aan te nemen dat de eiser daadwerkelijk over een stallingsplaats kon beschikken.

Gerelateerde uitspraken

ECLI:NL:GHDHA:2025:634 zeggenschap en splitsingsakte in appartementencomplex

ECLI:NL:GHDHA:2025:634 conflict over zeggenschap in appartementencomplex

ECLI:NL:GHDHA:2025:634 strijd over zeggenschap in appartementencomplex

Het verloop van het proces en de feiten

De zaak betreft een geschil tussen een inwoner van Amsterdam en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam over de intrekking van een parkeervergunning. De eiser had al jarenlang een parkeervergunning voor zijn woning in Amsterdam. In mei 2022 heeft de gemeente besloten deze vergunning in te trekken op de grond dat de eiser niet langer aan de voorwaarden voor vergunningverlening voldeed, omdat er parkeergelegenheid beschikbaar zou zijn bij het wooncomplex van de eiser.

De eiser tekende bezwaar aan tegen de intrekking. De gemeente handhaafde echter het besluit na advies van de bezwaarschriftencommissie. De eiser startte vervolgens een beroepsprocedure bij de rechtbank Amsterdam. Tijdens de zitting op 24 september 2024 werden zowel de eiser als zijn gemachtigde en de vertegenwoordigers van de gemeente gehoord.

De gemeente baseerde de intrekking van de parkeervergunning op informatie over de aanwezigheid van een parkeergarage bij het wooncomplex van de eiser. Echter, de eiser voerde aan dat hij geen beschikking had over een stallingsplaats, ondersteund door een e-mail van de Alliantie, de beheerder van de parkeervoorziening, waarin stond dat er geen plekken beschikbaar waren in de garage.

De beslissing van de rechtbank

De rechtbank verklaarde het beroep van de eiser gegrond en vernietigde het besluit van de gemeente om de parkeervergunning in te trekken. De rechtbank oordeelde dat de gemeente haar besluit had gebaseerd op algemene informatie die onvoldoende was om aan te tonen dat de eiser daadwerkelijk over een parkeergelegenheid kon beschikken op het moment van het besluit. De algemene informatie gaf geen duidelijkheid over de specifieke beschikbaarheid van stallingsplaatsen ten tijde van het besluit.

De rechtbank benadrukte dat het aan de gemeente was om te bewijzen dat de eiser over een stallingsplaats kon beschikken. Aangezien de gemeente hier niet in slaagde, kon de bewijslast niet bij de eiser worden gelegd. De e-mail van de Alliantie, hoewel verstuurd na het bestreden besluit, kon niet als bewijs worden genegeerd in het bestuursrecht, dat de vrije bewijsleer kent.

De rechtbank droeg de gemeente op om binnen zes weken een nieuw besluit te nemen met inachtneming van de uitspraak. Daarnaast werd de gemeente veroordeeld tot het vergoeden van de proceskosten en het griffierecht aan de eiser. De uitspraak onderstreept het belang van voldoende feitelijke onderbouwing in het bestuursrecht, vooral bij besluiten die aanzienlijke gevolgen hebben voor burgers, zoals het intrekken van parkeervergunningen.

ADVERTISEMENT

Lees de originele uitspraak hier.

Disclaimer: Deze samenvatting is automatisch gegenereerd en kan daardoor fouten bevatten.
Raadpleeg altijd de originele uitspraak.

ShareSendSend
Previous Post

ECLI:NL:RBAMS:2024:6779 WOZ-waarde woning blijft gehandhaafd

Next Post

ECLI:NL:RBROT:2025:2957 bewijslevering mondelinge overeenkomst meterkastsleutels

Gerelateerde uitspraken>>>

Rechtsgeldigheid VvE besluit

ECLI:NL:GHDHA:2025:634 zeggenschap en splitsingsakte in appartementencomplex

13/07/2025
Rechtsgeldigheid VvE besluit

ECLI:NL:GHDHA:2025:634 conflict over zeggenschap in appartementencomplex

12/07/2025
Rechtsgeldigheid VvE besluit

ECLI:NL:GHDHA:2025:634 strijd over zeggenschap in appartementencomplex

11/07/2025

VvErechtspraak.nl

  • Contact
  • Over ons

Bezoek ook eens

Alle rechten onder voorbehoud © 2025 VvE Rechtspraak.

Geen resultaten
Bekijk alle resultaten
  • VvE beheer
  • VvE-Incasso
  • Aansprakelijkheid bestuur
  • Procesrecht
  • Overlast en hinder
  • Onderhoud
  • Overige categorieën
    • Bestemming van het appartement
    • Diversen
    • Lekkage en andere schade
    • Rechtsgeldigheid VvE besluit
    • Verbouwingen
    • Verduurzaming
    • Verjaring in de VvE
    • Vervangende machtiging
    • Wijzigingen van de splitsingsakte

Alle rechten onder voorbehoud © 2025 VvE Rechtspraak.