De zaak in het kort
De rechtbank Limburg behandelt in deze zaak een kort geding waarin een huurder, [eiseres], die een woning huurt van Woonfonds Limburg 2 B.V., klaagt over een ernstige muizenplaag in haar huurwoning. [eiseres] vordert onder meer de machtiging om zelf de muizen te bestrijden op kosten van de verhuurder, een voorschot op huurprijsvermindering en schadevergoeding. Ze stelt dat de aanwezigheid van muizen haar woning onbewoonbaar maakt. Woonfonds betwist de ernst van de muizenplaag en de verantwoordelijkheid voor de bestrijding. De kantonrechter wijst de vorderingen van [eiseres] af, omdat onvoldoende is aangetoond dat de muizenplaag het gevolg is van de bouwkundige situatie van de woning.
Het verloop van het proces en de feiten
[eiseres] huurt sinds december 2022 een appartement van Woonfonds in een complex dat dateert uit 1949. In december 2024 meldt zij een ernstige muizenplaag aan Woonfonds. Ondanks inspecties door Woonfonds en een ongediertebestrijder, blijven de problemen volgens [eiseres] bestaan. Woonfonds ontkent echter de ernst van de situatie en legt de verantwoordelijkheid bij [eiseres], aangezien het bestrijden van muizen doorgaans een kleine herstelling is die voor rekening van de huurder komt. Op basis van de constateringen van de gemeente Maastricht en verschillende inspecties, concludeert Woonfonds dat er geen sprake is van een bouwkundige oorzaak die de muizenplaag zou kunnen verklaren.
Tijdens de zitting stelt [eiseres] dat de muizenplaag zodanig ernstig is dat het appartement onbewoonbaar is, en zij eist compensatie en vervangende woonruimte zolang het probleem niet is opgelost. Woonfonds houdt vol dat zij geen structurele schuld heeft aan de muizenplaag en dat de muizenbestrijding binnen de verantwoordelijkheid van de huurder valt. Bovendien heeft Woonfonds wel stappen ondernomen door een ongediertebestrijder in te schakelen.
De beslissing van de rechtbank
De kantonrechter oordeelt dat er onvoldoende bewijs is dat de muizenplaag zo ernstig is als [eiseres] beweert. Er is geen eenduidig bewijs dat de muizenplaag het gevolg is van de bouwkundige situatie van de woning, en de kosten voor bestrijding zijn mogelijk niet noemenswaardig. Omdat in kort geding geen ruimte is voor diepgaand feitenonderzoek, kan de rechter geen definitieve uitspraak doen over de verantwoordelijkheid van Woonfonds. Daarom worden de vorderingen van [eiseres] afgewezen.
De rechter wijst erop dat het bestrijden van muizen in principe een kleine herstelling is die voor rekening van de huurder komt, tenzij er sprake is van hoge kosten of een bouwkundige oorzaak. In dit geval zijn er geen duidelijke aanwijzingen dat de muizenplaag door de bouwkundige staat van het gebouw wordt veroorzaakt. De vorderingen van [eiseres] voor huurprijsvermindering en schadevergoeding worden eveneens afgewezen, aangezien deze niet voldoende onderbouwd zijn.
[eiseres] wordt veroordeeld tot het betalen van de proceskosten aan Woonfonds, begroot op € 814,00. De kantonrechter verklaart de proceskostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad. Het vonnis benadrukt dat voor een definitieve oplossing een nadere bodemprocedure nodig is, waarin uitgebreid onderzoek kan plaatsvinden naar de precieze oorzaak en de omvang van de muizenplaag.
Lees de originele uitspraak hier.
Disclaimer: Deze samenvatting is automatisch gegenereerd en kan daardoor fouten bevatten.
Raadpleeg altijd de originele uitspraak.