VvErechtspraak.nl
Geen resultaten
Bekijk alle resultaten
  • VvE beheer
  • VvE-Incasso
  • Aansprakelijkheid bestuur
  • Procesrecht
  • Overlast en hinder
  • Onderhoud
  • Overige categorieën
    • Bestemming van het appartement
    • Diversen
    • Lekkage en andere schade
    • Rechtsgeldigheid VvE besluit
    • Verbouwingen
    • Verduurzaming
    • Verjaring in de VvE
    • Vervangende machtiging
    • Wijzigingen van de splitsingsakte
  • VvE beheer
  • VvE-Incasso
  • Aansprakelijkheid bestuur
  • Procesrecht
  • Overlast en hinder
  • Onderhoud
  • Overige categorieën
    • Bestemming van het appartement
    • Diversen
    • Lekkage en andere schade
    • Rechtsgeldigheid VvE besluit
    • Verbouwingen
    • Verduurzaming
    • Verjaring in de VvE
    • Vervangende machtiging
    • Wijzigingen van de splitsingsakte
Geen resultaten
Bekijk alle resultaten
VvErechtspraak.nl
Geen resultaten
Bekijk alle resultaten

ECLI:NL:RBAMS:2025:4420 veroordeling voor medeplegen ontploffing en mishandelingen

by VvERechstpraak.nl
10/07/2025
Reading Time: 3 mins read
A A
0

De zaak in het kort

De rechtbank Amsterdam heeft op 3 juni 2025 uitspraak gedaan in een complexe strafzaak tegen een jonge verdachte die betrokken was bij meerdere strafbare feiten. Deze omvatten het medeplegen van een ontploffing bij een wooncomplex, meerdere mishandelingen, diefstal en het bezit van harddrugs. De verdachte, geboren in 2007, werd veroordeeld tot acht maanden jeugddetentie. Ondanks dat hij niet fysiek aanwezig was bij de uitvoering van de ontploffing, speelde hij een cruciale rol in de voorbereiding en uitvoering door instructies te geven en een vluchtmogelijkheid te regelen. De zaak belicht de betrokkenheid van de verdachte bij georganiseerde activiteiten, evenals zijn gebrek aan respect voor de lichamelijke integriteit en eigendommen van anderen.

Gerelateerde uitspraken

ECLI:NL:GHAMS:2025:1786 belastingrechtelijk hoger beroep over WOZ-waarde woning

ECLI:NL:RBGEL:2025:5206 kort geding over aanbiedingsverplichting bedrijfsruimte

ECLI:NL:GHARL:2025:1261 gerechtshof onderzoekt ondertoezichtstelling van twee minderjarigen

Het verloop van het proces en de feiten

De rechtbank behandelde vier samengevoegde zaken tegen de verdachte, aangeduid als zaken A, B, C en D.

In zaak A werd de verdachte beschuldigd van het medeplegen van een ontploffing op 10 mei 2024 bij een wooncomplex. Hoewel hij niet fysiek aanwezig was, werd zijn deelname als medepleger bewezen door zijn rol in de voorbereiding, waaronder het geven van gedetailleerde instructies aan een medepleger via Snapchat en het regelen van een taxi voor de vlucht. De ontploffing veroorzaakte aanzienlijke schade aan het gebouw.

In zaak B werd de verdachte beschuldigd van diefstal en mishandeling. De rechtbank sprak hem vrij van diefstal, maar achtte mishandeling bewezen. De verdachte had op 3 september 2023 een slachtoffer naar de grond gewerkt, hetgeen als mishandeling werd gekwalificeerd.

In zaak C betrof het een poging tot diefstal met geweld in vereniging op 21 december 2023. Hoewel het oogmerk van diefstal niet bewezen kon worden, werd de mishandeling van het slachtoffer in diens woning wel bewezen geacht. De rechtbank vond dat er sprake was van nauwe en bewuste samenwerking tussen de verdachte en een medeverdachte.

In zaak D werd de verdachte beschuldigd van diefstal van een Gucci-pet en het bezit van 42 MDMA-pillen op 23 april 2024. Beide feiten werden bewezen verklaard.

De beslissing van de rechtbank.

De rechtbank kwam tot de conclusie dat de verdachte in alle gevallen schuldig was aan de hem ten laste gelegde feiten, met uitzondering van de diefstal in zaak B en de poging tot diefstal in zaak C. Voor het medeplegen van de ontploffing en de mishandelingen werd hij veroordeeld tot een jeugddetentie van acht maanden. De tijd die hij al in voorarrest had doorgebracht, werd in mindering gebracht op de strafduur.

ADVERTISEMENT

De rechtbank wees ook de civiele vorderingen van de slachtoffers gedeeltelijk toe. Voor slachtoffer 1 werd een schadevergoeding toegekend van €50 voor een materiële schade (gebroken ketting). Voor slachtoffer 2 werd een totale schadevergoeding van €1.369 toegekend, bestaande uit €269 voor materiële schade en €1.100 voor immateriële schade.

Bij de bepaling van de straf hield de rechtbank rekening met de ernst van de feiten en de persoonlijkheid van de verdachte. Ondanks zijn jonge leeftijd en eerdere veroordelingen, zag de rechtbank geen reden om af te wijken van een onvoorwaardelijke straf, gezien de ernst en het recidivegevaar van de gepleegde feiten. De rechtbank benadrukte het belang van strafoplegging die in overeenstemming is met de ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn gepleegd, en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte.

De rechtbank besloot tot een onvoorwaardelijke jeugddetentie, mede omdat de verdachte meerderjarig was geworden en eerdere pogingen tot begeleiding en behandeling niet succesvol waren geweest. De rechtbank zag geen vertrouwen in de effectiviteit van een deels voorwaardelijke straf met bijzondere voorwaarden, gezien de eerdere schendingen van schorsingsvoorwaarden door de verdachte. De rechtbank achtte het noodzakelijk om de verdachte ‘af te straffen’ voor de huidige zaak en in de toekomst opnieuw te evalueren welke begeleiding of behandeling eventueel nodig zou zijn in verband met een nieuwe strafzaak waarin de verdachte betrokken is.

Deze uitspraak illustreert de complexiteit van het jeugdstrafrecht, waarin de noodzaak om de maatschappij te beschermen tegen recidive en het belang van het bieden van rehabilitatie aan jonge delinquenten tegen elkaar moeten worden afgewogen. De zaak benadrukt ook het belang van een zorgvuldige afweging van strafmaatregelen die zowel recht doen aan het gepleegde delict als aan de ontwikkeling en toekomst van de jonge verdachte.

Lees de originele uitspraak hier.

Disclaimer: Deze samenvatting is automatisch gegenereerd en kan daardoor fouten bevatten.
Raadpleeg altijd de originele uitspraak.

ShareSendSend
Previous Post

ECLI:NL:RVS:2025:3139 bezwaren tegen bestemmingsplan Zuidas-Parnas afgewezen

Next Post

ECLI:NL:RBZWB:2025:4293 verplichting tot afbouw recreatiepark en tiny houses

Gerelateerde uitspraken>>>

Verjaring in de VvE

ECLI:NL:GHAMS:2025:1786 belastingrechtelijk hoger beroep over WOZ-waarde woning

12/07/2025
Verjaring in de VvE

ECLI:NL:RBGEL:2025:5206 kort geding over aanbiedingsverplichting bedrijfsruimte

11/07/2025
Verjaring in de VvE

ECLI:NL:GHARL:2025:1261 gerechtshof onderzoekt ondertoezichtstelling van twee minderjarigen

10/07/2025

VvErechtspraak.nl

  • Contact
  • Over ons

Bezoek ook eens

Alle rechten onder voorbehoud © 2025 VvE Rechtspraak.

Geen resultaten
Bekijk alle resultaten
  • VvE beheer
  • VvE-Incasso
  • Aansprakelijkheid bestuur
  • Procesrecht
  • Overlast en hinder
  • Onderhoud
  • Overige categorieën
    • Bestemming van het appartement
    • Diversen
    • Lekkage en andere schade
    • Rechtsgeldigheid VvE besluit
    • Verbouwingen
    • Verduurzaming
    • Verjaring in de VvE
    • Vervangende machtiging
    • Wijzigingen van de splitsingsakte

Alle rechten onder voorbehoud © 2025 VvE Rechtspraak.