De zaak in het kort
De rechtbank Amsterdam heeft op 4 juli 2025 besloten een besluit van een Vereniging van Eigenaars (VvE) te vernietigen. Het besluit ging over het afsluiten van een zolderdeur die toegang gaf tot een gemeenschappelijke ruimte. De eigenaar van de woning, aangeduid als [verzoeker], had bezwaar gemaakt tegen dit besluit omdat het zijn toegang tot de gemeenschappelijke ruimte en de vluchtweg via het trappenhuis zou beperken. De beslissing om de deur te sluiten was genomen tijdens een VvE-vergadering waar niet alle eigenaren aanwezig waren, en het besluit was genomen met volmachten die niet allemaal correct waren verleend. De rechtbank oordeelde dat het besluit onredelijk was en vernietigde het.
Het verloop van het proces en de feiten
[verzoeker] is eigenaar van een appartement met een bijbehorende zolderkamer in een gebouw dat in 1955 is gesplitst in verschillende appartementsrechten. De VvE van dit gebouw had besloten de deur naar de zolderkamer van [verzoeker] aan de gemeenschappelijke ruimte te isoleren en dicht te timmeren. Dit besluit werd genomen tijdens een vergadering op 2 maart 2025, waarbij niet alle leden van de VvE aanwezig waren.
Voorafgaand aan de vergadering verzocht [verzoeker] om uitstel omdat meerdere leden, inclusief hijzelf, niet aanwezig konden zijn vanwege verblijf in het buitenland. Dit verzoek werd genegeerd. Tijdens de vergadering waren alleen de bestuurder van de VvE en de beheerder aanwezig. Het besluit om de deur te sluiten werd goedgekeurd met stemmen die door volmachten waren gegeven.
[verzoeker] diende een verzoek in bij de rechtbank om het besluit te vernietigen of nietig te verklaren. Hij stelde dat de volmachten voor het besluit niet correct waren verleend en dat er geen gegronde redenen waren om de werkzaamheden aan zijn zolderdeur uit te voeren. Bovendien zou het afsluiten van de deur zijn toegang tot de gemeenschappelijke ruimte en de vluchtweg beperken, wat in strijd is met de splitsingsakte.
De beslissing van de rechtbank.
De rechtbank oordeelde dat de volmachten die tijdens de VvE-vergadering waren gebruikt, niet correct waren verleend. De stelling van [verzoeker] dat er geen volmachten waren voor het nemen van het besluit werd echter niet gevolgd, maar de rechtbank vond het besluit alsnog vernietigbaar op grond van strijd met redelijkheid en billijkheid.
De kantonrechter wees erop dat de deur weliswaar tot de gemeenschappelijke gedeelten van het gebouw behoort, maar dat dit ook geldt voor de deuren van de zolderkamers van andere eigenaars. Door het afsluiten van de deur zou [verzoeker] geen gebruik meer kunnen maken van die deur, wat zijn toegang tot de gemeenschappelijke ruimte en vluchtweg zou beperken. De rechtbank vond dat de VvE niet aannemelijk had gemaakt dat haar belangen zwaarder wogen dan het belang van [verzoeker] bij toegang tot de gemeenschappelijke ruimte en vluchtweg. Het afsluiten van de deur werd daarom als disproportioneel beschouwd.
De rechtbank besloot het besluit van de VvE te vernietigen, en veroordeelde de VvE tot het betalen van de proceskosten die [verzoeker] had gemaakt, welke werden begroot op € 699,50. De beslissing werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat deze onmiddellijk kan worden uitgevoerd.
Deze uitspraak onderstreept het belang van een eerlijke en redelijke besluitvorming binnen een VvE en de noodzaak voor VvE’s om bij hun beslissingen de belangen van alle betrokken eigenaren zorgvuldig af te wegen, vooral wanneer het gaat om gemeenschappelijke gedeelten van een gebouw.
Lees de originele uitspraak hier.
Disclaimer: Deze samenvatting is automatisch gegenereerd en kan daardoor fouten bevatten.
Raadpleeg altijd de originele uitspraak.