De zaak in het kort
In deze zaak staat de eigenaar van een appartementsrecht tegenover de Vereniging van Eigenaars (VvE) in een geschil over verschillende besluiten genomen tijdens een vergadering van de VvE. De verzoeker, die ook eigenaar is van een appartementsrecht binnen het gebouw, heeft diverse verzoeken ingediend, waaronder de vernietiging van besluiten van de VvE, schadevergoedingen, en de ontbinding van een overeenkomst met de VvE Beheergroep. De rechtbank Amsterdam heeft deze verzoeken behandeld en beoordeeld.
Het verloop van het proces en de feiten
De eigenaar van het appartementsrecht, [verzoeker], bezit een woning op de eerste en tweede verdieping van een gebouw met drie appartementsrechten. Hij is in geschil met de VvE, die besluiten heeft genomen om een meerjarenonderhoudsplan (MJOP) op te stellen, juridisch advies in te winnen over verhuur via AirBnB, en de maandelijkse bijdrage aan de VvE te verhogen.
Tijdens de vergadering van de VvE op 4 maart 2025 werden deze besluiten genomen. [verzoeker] heeft verschillende verzoeken ingediend, waaronder:
1. Het verbieden van incassoacties en intimidatie door de VvE Beheergroep.
2. Een immateriële schadevergoeding van € 5.000.
3. Ontbinding van de overeenkomst tussen de VvE en de VvE Beheergroep.
4. Schadevergoedingen van [naam 1] en [gemachtigde], die betrokken zijn bij de VvE.
5. Vernietiging van het besluit om [naam 2] als beheerder aan te stellen.
6. Vernietiging van de besluiten van de vergadering van 4 maart 2025.
De beslissing van de rechtbank.
De rechtbank heeft geoordeeld dat veel van de verzoeken van [verzoeker] niet ontvankelijk zijn. Dit komt voornamelijk doordat de VvE Beheergroep geen partij is in deze procedure en [verzoeker] geen partij is bij de overeenkomst tussen de VvE en de VvE Beheergroep. Daarom kunnen deze verzoeken niet in behandeling worden genomen.
Ten aanzien van de verzoeken jegens [naam 1] en [gemachtigde], oordeelde de rechtbank dat zij formeel geen verwerende partij zijn, waardoor deze verzoeken niet behandeld kunnen worden.
Wat betreft de vernietiging van het besluit tot aanstelling van [naam 2] als beheerder, oordeelde de rechtbank dat dit besluit al in 2023 was genomen en in rechte vaststaat. Daarom kan [verzoeker] daar geen vernietiging meer van vragen.
De verzoeken om de besluiten van de vergadering van 4 maart 2025 te vernietigen werden eveneens afgewezen. De rechtbank vond dat de vergadering correct was opgeroepen en dat de besluiten in redelijkheid en billijkheid waren genomen. [verzoeker] was tijdig opgeroepen voor de vergadering en had gebruik kunnen maken van een schriftelijke gevolmachtigde om zijn stemrecht uit te oefenen.
De rechtbank achtte de inhoud van de besluiten betreffende het MJOP, juridisch advies over AirBnB, en de verhoging van de maandelijkse bijdrage redelijk. Er was voldoende reden om aan te nemen dat deze besluiten in het belang van de VvE waren. De verhoging van de maandelijkse bijdrage was nodig vanwege onvoldoende reserves en de noodzaak om de kosten voor de VvE Beheergroep te financieren.
Het verzoek van [verzoeker] om toegang tot de administratie van de VvE werd ook afgewezen, gezien hij al toegang had tot het VvE-portaal.
Als gevolg van het feit dat [verzoeker] in het ongelijk werd gesteld, veroordeelde de rechtbank hem in de proceskosten, hoewel deze aan de zijde van de VvE op nihil werden begroot. De uitspraak werd mondeling gedaan door de kantonrechter mr. H.D. Coumou.
Kortom, de rechtbank heeft alle verzoeken van [verzoeker] afgewezen, waarbij de besluiten van de VvE in stand blijven. De beslissing toont aan hoe belangrijk het is dat verzoeken goed onderbouwd en ontvankelijk zijn om in behandeling genomen te worden door de rechtbank.
Lees de originele uitspraak hier.
Disclaimer: Deze samenvatting is automatisch gegenereerd en kan daardoor fouten bevatten.
Raadpleeg altijd de originele uitspraak.