VvErechtspraak.nl
Geen resultaten
Bekijk alle resultaten
  • VvE beheer
  • VvE-Incasso
  • Aansprakelijkheid bestuur
  • Procesrecht
  • Overlast en hinder
  • Onderhoud
  • Overige categorieën
    • Bestemming van het appartement
    • Diversen
    • Lekkage en andere schade
    • Rechtsgeldigheid VvE besluit
    • Verbouwingen
    • Verduurzaming
    • Verjaring in de VvE
    • Vervangende machtiging
    • Wijzigingen van de splitsingsakte
  • VvE beheer
  • VvE-Incasso
  • Aansprakelijkheid bestuur
  • Procesrecht
  • Overlast en hinder
  • Onderhoud
  • Overige categorieën
    • Bestemming van het appartement
    • Diversen
    • Lekkage en andere schade
    • Rechtsgeldigheid VvE besluit
    • Verbouwingen
    • Verduurzaming
    • Verjaring in de VvE
    • Vervangende machtiging
    • Wijzigingen van de splitsingsakte
Geen resultaten
Bekijk alle resultaten
VvErechtspraak.nl
Geen resultaten
Bekijk alle resultaten

ECLI:NL:RBAMS:2025:5872 huurder betaalt lagere herstelkosten na betwisting

by VvERechstpraak.nl
31/08/2025
Reading Time: 2 mins read
A A
0

De zaak in het kort

In deze zaak gaat het om een geschil tussen een verhuurder, [eiser], en een huurder, [gedaagde], over de betaling van achterstallige huur, herstelkosten van de gehuurde woning en de kosten van blokverwarming. [eiser] vordert een totaalbedrag van € 4.555,43 van [gedaagde], inclusief wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten. [gedaagde] erkent de huurachterstand, maar betwist de hoogte van de geclaimde herstelkosten en blokverwarmingskosten. De kantonrechter in Amsterdam heeft [eiser] in de gelegenheid gesteld om nadere toelichting te geven over de blokverwarmingskosten voordat een definitieve beslissing wordt genomen.

Gerelateerde uitspraken

ECLI:NL:RBZWB:2025:5760 VvE vordering op voormalige eigenaren afgewezen

ECLI:NL:RBNNE:2025:3623 wanprestatie en schadevergoeding bij dakvervanging

ECLI:NL:RBAMS:2025:6524 vastgoedverkoop geschil over vergunningen en boete

Het verloop van het proces en de feiten

De procedure begon met een dagvaarding door [eiser] op 20 december 2024. [gedaagde] reageerde met een conclusie van antwoord en stelde tevens een tegenvordering in. Na een instructievonnis waarin een mondelinge behandeling werd bepaald, vond deze behandeling plaats op 10 juli 2025, waarbij beide partijen hun standpunten toelichtten.

[gedaagde] huurde vanaf 1 maart 2022 tot en met 31 augustus 2024 een woning van [eiser]. Bij het einde van de huurovereenkomst claimde [eiser] dat [gedaagde] de woning niet in goede staat had opgeleverd, wat resulteerde in herstelkosten die [eiser] wilde verhalen. Bovendien vorderde [eiser] betaling van extra blokverwarmings- en servicekosten.

[gedaagde] erkende een huurachterstand van € 4.255,00, maar betwistte dat de blokverwarmingskosten overeenkwamen met zijn werkelijke verbruik. Hij betwistte ook dat [eiser] herstelkosten moest maken, omdat hij de woning naar eigen zeggen in goede staat had achtergelaten, afgezien van normale slijtage.

De beslissing van de rechtbank

De kantonrechter besloot om de vorderingen in conventie en in reconventie gezamenlijk te behandelen vanwege hun samenhang. [gedaagde] erkende de huurachterstand en moest die betalen. Wat betreft de herstelkosten oordeelde de kantonrechter dat [gedaagde] de woning inderdaad niet goed had opgeleverd en daarom een schadevergoeding verschuldigd was. Echter, niet alle geclaimde kosten werden toegewezen, omdat [eiser] onvoldoende had onderbouwd dat alle kosten daadwerkelijk betrekking hadden op het herstel van opleverpunten.

De rechtbank oordeelde dat [gedaagde] de helft van de kosten voor de werkzaamheden van Bouwbedrijf Strack moest vergoeden, omdat de onderbouwing van de volledige kosten onvoldoende was. Daarnaast moest [gedaagde] de herstel- en onderhoudskosten voor de tuin vergoeden, omdat deze aanzienlijk was achteruitgegaan sinds het begin van de huurovereenkomst.

Wat betreft de blokverwarmingskosten moest [eiser] nader uitleg geven over het verbruik dat was gemeten door ISTA, het meetbedrijf. De gemeten warmte-eenheden leken onrealistisch hoog, en [eiser] kon niet verklaren waarom de beginstanden van de meters op nul stonden. [eiser] kreeg de gelegenheid om hier meer duidelijkheid over te verschaffen.

ADVERTISEMENT

In afwachting daarvan hield de rechtbank iedere verdere beslissing aan, inclusief die over de wettelijke rente, buitengerechtelijke incassokosten en de proceskosten. De zaak werd verwezen naar de rol van 4 september 2025 voor een nadere akte van [eiser]. De uiteindelijke beslissing zal pas worden genomen nadat [eiser] en [gedaagde] de gelegenheid hebben gehad om hun standpunten verder te verduidelijken en te onderbouwen.

Lees de originele uitspraak hier.

Disclaimer: Deze samenvatting is automatisch gegenereerd en kan daardoor fouten bevatten.
Raadpleeg altijd de originele uitspraak.

ShareSendSend
Previous Post

ECLI:NL:RBAMS:2025:6007 geschil over verduisterde informatie en dwaling bij woningverkoop

Next Post

ECLI:NL:RBLIM:2025:8342 rechtbank wijst verzoek voorlopig deskundigenonderzoek af

Gerelateerde uitspraken>>>

VvE-Incasso

ECLI:NL:RBZWB:2025:5760 VvE vordering op voormalige eigenaren afgewezen

08/09/2025
VvE-Incasso

ECLI:NL:RBNNE:2025:3623 wanprestatie en schadevergoeding bij dakvervanging

08/09/2025
VvE-Incasso

ECLI:NL:RBAMS:2025:6524 vastgoedverkoop geschil over vergunningen en boete

08/09/2025

VvErechtspraak.nl

  • Contact
  • Over ons

Bezoek ook eens

Nederlandvve

Alle rechten onder voorbehoud © 2025 VvE Rechtspraak.

Geen resultaten
Bekijk alle resultaten
  • VvE beheer
  • VvE-Incasso
  • Aansprakelijkheid bestuur
  • Procesrecht
  • Overlast en hinder
  • Onderhoud
  • Overige categorieën
    • Bestemming van het appartement
    • Diversen
    • Lekkage en andere schade
    • Rechtsgeldigheid VvE besluit
    • Verbouwingen
    • Verduurzaming
    • Verjaring in de VvE
    • Vervangende machtiging
    • Wijzigingen van de splitsingsakte

Alle rechten onder voorbehoud © 2025 VvE Rechtspraak.