De zaak in het kort
In deze zaak draait het om het eigendomsgeschil over een parkeerplaats in een parkeergarage. [Geïntimeerden] hebben sinds 1994 gebruikgemaakt van een parkeerplaats, die zij samen met hun woning hebben verkregen, en hebben de parkeerplaats naast die van hen in gebruik genomen. [Appellante] heeft in 2021 de parkeerplaats geleverd gekregen die door [geïntimeerden] werd gebruikt en claimt het uitsluitende gebruiksrecht van deze plek. De rechtbank heeft de vordering van [appellante] afgewezen omdat [geïntimeerden] door verkrijgende verjaring eigenaar zijn geworden van de parkeerplaats. [Appellante] is in hoger beroep gegaan, maar het hof heeft het oordeel van de rechtbank bevestigd.
Het verloop van het proces en de feiten
De oorspronkelijke zaak begon met een dagvaarding van [appellante] tegen [geïntimeerden] waarin zij het exclusieve gebruik van de bewuste parkeerplaats claimde. De rechtbank in Rotterdam had eerder geoordeeld dat [geïntimeerden] door verkrijgende verjaring eigenaar waren geworden van de parkeerplaats, aangezien ze deze al meer dan twintig jaar onafgebroken in gebruik hadden. De eigendom van de parkeerplaatsen is oorspronkelijk vastgesteld in een akte van splitsing uit 1979, waarbij ook een gedeponeerde splitsingstekening was gevoegd. Er is echter ook een alternatieve splitsingstekening met handmatige aantekeningen in omloop geraakt, wat tot verwarring heeft geleid over de exacte toewijzing van de parkeerplaatsen.
Tijdens het hoger beroep heeft het hof verschillende stukken bestudeerd, waaronder de dagvaarding van 25 januari 2024 en het proces-verbaal van de mondelinge behandeling op 16 april 2024. In de mondelinge behandeling is het gebruik van de parkeerplaatsen en de rol van de Vereniging van Eigenaars (VvE) besproken. De VvE heeft eerder aangegeven dat [geïntimeerden] alleen eigenaar zijn van parkeerplaats 33 en niet van de betwiste parkeerplaats 29. Verschillende medebewoners hebben schriftelijke verklaringen afgelegd waarin zij bevestigen dat [geïntimeerden] de betwiste parkeerplaats al jarenlang gebruiken.
De beslissing van de rechtbank
Het hof heeft het vonnis van de rechtbank Rotterdam bekrachtigd. Het hof oordeelde dat [geïntimeerden] door verkrijgende verjaring eigenaar zijn geworden van de betwiste parkeerplaats. Het hof baseerde zich op artikel 3:105 lid 1 BW, dat stelt dat bezit leidt tot eigendom zodra de verjaringstermijn van twintig jaar is voltooid. Het hof vond de verklaringen van medebewoners en de feiten die erop wezen dat [geïntimeerden] al sinds 1994 onafgebroken gebruikmaakten van de parkeerplaats overtuigend. Het feit dat er huisnummerborden op de parkeerplaatsen waren aangebracht en dat deze overeenkwamen met het huisnummer van [geïntimeerden] speelde ook een rol bij het oordeel.
Het hof verwierp de stelling van [appellante] dat [geïntimeerden] onrechtmatig hadden gehandeld door de parkeerplaats te gebruiken, omdat [geïntimeerden] ervan uitgingen dat de parkeerplaats aan hun woning gekoppeld was. Het hof vond geen grond voor schadevergoeding, mede omdat [geïntimeerden] zich bereid hadden getoond om mee te werken aan een oplossing waarbij de parkeerplaatsen anders verdeeld zouden worden.
Hoewel [appellante] stelde dat het beroep van [geïntimeerden] op verkrijgende verjaring naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar was, omdat zij daardoor eigenaar van twee parkeerplaatsen zouden worden, verwierp het hof deze stelling. De rechter dient de verkrijgende verjaring ambtshalve toe te passen, en [geïntimeerden] kunnen hiervan geen afstand doen. Het hof concludeerde dat het verjaringstermijn was voltooid en [geïntimeerden] rechtmatig eigenaar zijn geworden van de betwiste parkeerplaats. [Appellante] werd veroordeeld tot betaling van de proceskosten, die werden begroot op € 2.955,-.
Het arrest werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, voor zover het de proceskostenveroordeling betreft. Het hof drong erop aan dat [geïntimeerden] open blijven staan voor een oplossing die voor beide partijen acceptabel is.
Lees de originele uitspraak hier.
Disclaimer: Deze samenvatting is automatisch gegenereerd en kan daardoor fouten bevatten.
Raadpleeg altijd de originele uitspraak.