De zaak in het kort
In deze juridische kwestie draait het om de vraag of de eigenaar van een penthouse, aangeduid als [eiser], zijn dakterras mag uitbreiden zonder toestemming van de algemene ledenvergadering (ALV) van de Vereniging van Eigenaren (VvE). De eigenaar beroept zich op de oorspronkelijke splitsingsakte, die expliciet vermeldt dat toestemming voor het vergroten van dakterrassen geacht wordt te zijn verleend. De VvE en haar bestuurders betwisten dit, vooral nadat de splitsingsakte is gewijzigd en deze toestemming is verwijderd. De rechtbank moet oordelen of de wijziging van de splitsingsakte rechtmatig is en of [eiser] zijn dakterras zonder aanvullende toestemming mag uitbreiden.
Het verloop van het proces en de feiten
De procedure begon met een dagvaarding van [eiser] op 31 oktober 2024, waarin hij de nietigheid van de wijziging van de splitsingsakte vorderde. De VvE en haar bestuurders voerden verweer tegen deze vorderingen. Tijdens de mondelinge behandeling op 27 mei 2025 werden de standpunten van beide partijen besproken.
De feiten van de zaak omvatten de eigendom van [eiser] over een penthouse met dakterras, zoals vastgelegd in de splitsingsakte van 11 september 2006. Deze akte vermeldt expliciet dat toestemming voor het uitbreiden van dakterrassen van de penthouses geacht wordt te zijn verleend. In 2018 werd een wijziging van de splitsingsakte besproken en aangenomen tijdens een ALV, maar deze wijziging betrof voornamelijk de mechanische parkeerinstallatie en niet de dakterrassen.
Desondanks werd in 2022 een nieuwe versie van de splitsingsakte gepasseerd, waarin de automatische toestemming voor het uitbreiden van de dakterrassen was verwijderd. [eiser] maakte hiertegen bezwaar, maar de VvE volhardde in haar standpunt dat de toestemming alleen gold bij de eerste aankoop van het pand. In 2024, na het ontvangen van een dagvaarding, stelde de VvE voor om de dakterrasuitbreiding onder voorwaarden toe te staan, maar [eiser] weigerde hiermee in te stemmen.
De beslissing van de rechtbank.
De rechtbank concludeert dat de wijziging van artikel 13 van de oorspronkelijke splitsingsakte nietig is. De wijziging had geen instemming van de ALV en was in strijd met wettelijke bepalingen omtrent wijzigingen in splitsingsakten. De rechtbank oordeelt dat de oorspronkelijke bepalingen van de splitsingsakte, inclusief de automatische toestemming voor het vergroten van dakterrassen, van kracht blijven.
De rechtbank verwerpt het standpunt van de VvE dat [eiser] nog steeds aanvullende toestemming nodig heeft. De bewoordingen van de oorspronkelijke splitsingsakte zijn duidelijk en wijzen erop dat geen aanvullende toestemming vereist is. De rechtbank wijst ook het argument van de VvE af dat de toestemming alleen gold als een meerwerkoptie bij de eerste aankoop.
Het verzoek van [eiser] om de gewijzigde splitsingsakte terug te laten zetten naar de oorspronkelijke staat wordt toegewezen, en de rechtbank beveelt de VvE om dit op haar kosten te doen. De proceskosten worden gecompenseerd, wat betekent dat elke partij haar eigen kosten draagt.
Deze uitspraak benadrukt het belang van duidelijke en ondubbelzinnige bepalingen in juridische documenten zoals splitsingsakten en de noodzaak om wettelijke procedures te volgen bij wijzigingen daarvan. De beslissing onderstreept ook de rechten van eigenaren om vertrouwen te stellen in de oorspronkelijke afspraken zoals vastgelegd in dergelijke documenten.
Lees de originele uitspraak hier.
Disclaimer: Deze samenvatting is automatisch gegenereerd en kan daardoor fouten bevatten.
Raadpleeg altijd de originele uitspraak.



