De zaak in het kort
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam zich gebogen over een hoger beroep waarin [appellant], een adviesbureau, verzocht om de vernietiging van verschillende besluiten van een Vereniging van Eigenaren (VvE). Deze besluiten betroffen onder andere de afwijzing van een rekening voor herstelwerkzaamheden, de verdeling van onderhoudskosten en de vergoeding van gederfde huurinkomsten. De kantonrechter had eerder de verzoeken van [appellant] afgewezen, en in hoger beroep werd deze beschikking door het hof bekrachtigd.
Het verloop van het proces en de feiten
Het geschil begon nadat [appellant], eigenaar van een bedrijfsruimte op de begane grond van een gesplitst pand, problemen ondervond met lekkages na renovatiewerkzaamheden. Deze werkzaamheden waren uitgevoerd zonder goedkeuring van de VvE, wat leidde tot onenigheid over de betaling van de rekening. [appellant] had de werkzaamheden laten verrichten door [bedrijf], maar de VvE weigerde de factuur van € 5.929,60 te betalen, met als reden dat er geen opdracht was gegeven en de kwaliteit van het werk onvoldoende was.
Tijdens een VvE-vergadering op 21 december 2023 werden besluiten genomen waarin de verantwoordelijkheid voor de renovatiewerkzaamheden werd afgewezen en de betaling van de factuur werd geweigerd. [appellant] maakte bezwaar tegen deze besluiten en verzocht om vernietiging ervan bij de kantonrechter, die de verzoeken afwees. Hierop ging [appellant] in hoger beroep.
In hoger beroep voerde [appellant] aan dat de VvE ten onrechte de verantwoordelijkheid voor de renovatie ontkende en dat de VvE had toegezegd dat gederfde huurinkomsten zouden worden vergoed als er bewijs werd geleverd dat de lekkage de oorzaak was. Het hof behandelde elf grieven van [appellant], die voornamelijk waren gericht tegen de wijze waarop de VvE tot zijn besluiten was gekomen en de vraag of de VvE in redelijkheid tot die besluiten kon komen.
De beslissing van de rechtbank
Het gerechtshof Amsterdam bekrachtigde de beschikking van de kantonrechter en wees alle grieven van [appellant] af. Het hof oordeelde dat de VvE in redelijkheid kon besluiten de rekening voor de renovatiewerkzaamheden niet te betalen, aangezien er geen opdracht was gegeven en de kwaliteit van het werk onvoldoende werd bevonden. Daarnaast vond het hof dat de VvE niet verantwoordelijk was voor de verwijdering van de zogenaamde lichtkoepel, omdat deze verwijdering zonder opdracht van de VvE was uitgevoerd.
Het hof verwierp ook de grieven met betrekking tot de verdeling van de onderhoudskosten. [appellant] stelde dat hij slechts 1/13e van de kosten hoefde te dragen in plaats van 1/5e, maar het hof oordeelde dat deze kwestie niet relevant was voor de procedure. De goedkeuring van de meerjarenbegroting en de maandelijkse voorschotbijdrage waren de voorliggende kwesties, en het hof vond dat [appellant] onvoldoende had aangetoond dat deze besluiten in strijd waren met redelijkheid en billijkheid.
Wat betreft de vergoeding van gederfde huurinkomsten, besloot het hof dat de VvE geen verplichting had om deze te vergoeden. Hoewel [appellant] een verklaring van de huurder had overgelegd, was de VvE niet overtuigd dat de lekkage de oorzaak was van de gemiste huurinkomsten. Het hof oordeelde dat de VvE in redelijkheid tot dat besluit kon komen.
Als gevolg van deze beslissingen werd [appellant] veroordeeld tot het betalen van de proceskosten van het hoger beroep. Het hof vond geen reden om af te wijken van het reguliere liquidatietarief, ondanks de frequentie van de juridische procedures die [appellant] had aangespannen.
Kortom, het gerechtshof Amsterdam bevestigde de besluiten van de VvE en de eerdere beschikking van de kantonrechter, waarbij geen van de grieven van [appellant] succesvol bleek. De zaak illustreert de uitdagingen die eigenaren binnen een VvE kunnen tegenkomen, vooral wanneer het gaat om gedeelde verantwoordelijkheden en besluitvorming binnen de vereniging.
Lees de originele uitspraak hier.
Disclaimer: Deze samenvatting is automatisch gegenereerd en kan daardoor fouten bevatten.
Raadpleeg altijd de originele uitspraak.