VvErechtspraak.nl
Geen resultaten
Bekijk alle resultaten
  • VvE beheer
  • VvE-Incasso
  • Aansprakelijkheid bestuur
  • Procesrecht
  • Overlast en hinder
  • Onderhoud
  • Overige categorieën
    • Bestemming van het appartement
    • Diversen
    • Lekkage en andere schade
    • Rechtsgeldigheid VvE besluit
    • Verbouwingen
    • Verduurzaming
    • Verjaring in de VvE
    • Vervangende machtiging
    • Wijzigingen van de splitsingsakte
  • VvE beheer
  • VvE-Incasso
  • Aansprakelijkheid bestuur
  • Procesrecht
  • Overlast en hinder
  • Onderhoud
  • Overige categorieën
    • Bestemming van het appartement
    • Diversen
    • Lekkage en andere schade
    • Rechtsgeldigheid VvE besluit
    • Verbouwingen
    • Verduurzaming
    • Verjaring in de VvE
    • Vervangende machtiging
    • Wijzigingen van de splitsingsakte
Geen resultaten
Bekijk alle resultaten
VvErechtspraak.nl
Geen resultaten
Bekijk alle resultaten

ECLI:NL:GHDHA:2025:1110 gerechtshof bevestigt WOZ-waarde woning Rotterdam

by VvERechstpraak.nl
02/07/2025
Reading Time: 3 mins read
A A
0

De zaak in het kort

In deze zaak ging het om de vaststelling van de WOZ-waarde van een woning in Rotterdam. De eigenaar van de woning, aangeduid als belanghebbende, was het niet eens met de door de heffingsambtenaar vastgestelde waarde van € 373.000. Belanghebbende vond deze waarde te hoog en stelde dat de waarde van de woning eerder rond de € 315.000 zou moeten liggen. Na een eerdere uitspraak van de rechtbank Rotterdam, waarbij de rechtbank oordeelde dat de waarde correct was vastgesteld, ging belanghebbende in hoger beroep bij het gerechtshof Den Haag.

Gerelateerde uitspraken

ECLI:NL:RBAMS:2025:4420 jeugdstraf voor rol bij ontploffing en mishandeling

ECLI:NL:RVS:2025:3139 vereniging van eigenaars verliest bezwaar bestemmingsplan

ECLI:NL:GHAMS:2025:1785 heffing WOZ-waarde woning gerechtvaardigd

Het verloop van het proces en de feiten

De heffingsambtenaar van de gemeente Rotterdam had op basis van de Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ) de waarde van de woning vastgesteld. Deze woning, een onzelfstandige bovenwoning met een bouwjaar van 1919 en een oppervlakte van 108 m², was vergeleken met drie andere vergelijkbare woningen in dezelfde buurt. De vergelijkingsmethode gebruikte marktgegevens om tot een waardebepaling te komen. Belanghebbende maakte bezwaar tegen deze vaststelling, maar dat bezwaar werd afgewezen. Vervolgens werd ook het beroep bij de rechtbank ongegrond verklaard, waarna belanghebbende besloot hoger beroep in te stellen.

Bij de beoordeling van het hoger beroep werd gekeken naar enkele belangrijke aspecten: of alle relevante stukken waren overgelegd, of het motiveringsbeginsel was geschonden en of de waarde van de woning te hoog was vastgesteld. Belanghebbende voerde aan dat de heffingsambtenaar niet alle relevante stukken, zoals bouwtekeningen en iWOZ-rapporten, had overgelegd en dat de motivering van de uitspraak op bezwaar onvoldoende was. Verder stelde belanghebbende dat de vergelijkingsobjecten onjuist waren beoordeeld en dat de indexering van de verkoopcijfers niet inzichtelijk was gemaakt.

Tijdens de mondelinge behandeling werden deze punten besproken. De heffingsambtenaar gaf aan dat de m²-prijzen van de vergelijkingsobjecten aanvankelijk niet correct waren gecorrigeerd naar de VLOK-factoren, maar dat dit inmiddels was herzien en gecorrigeerd. De gecorrigeerde m²-prijzen lagen boven die van de woning, wat de vastgestelde waarde van de woning ondersteunde.

De beslissing van de rechtbank

Het gerechtshof Den Haag oordeelde dat de heffingsambtenaar voldoende aannemelijk had gemaakt dat de waarde van de woning niet te hoog was vastgesteld. De rechtbank had terecht geoordeeld dat de heffingsambtenaar de waarde van de woning had bepaald door een systematische vergelijking met andere woningen, waarbij rekening was gehouden met de verschillen. De heffingsambtenaar had bovendien een toelichting gegeven op de indexering van de verkoopcijfers, hetgeen belanghebbende niet gemotiveerd had bestreden.

Met betrekking tot de op de zaak betrekking hebbende stukken oordeelde het hof dat de bouwtekeningen en iWOZ-rapporten niet noodzakelijkerwijs tot de op de zaak betrekking hebbende stukken behoorden, tenzij de heffingsambtenaar deze specifiek in het kader van de procedure had opgevraagd en ingezien. Aangezien belanghebbende niet voldoende had onderbouwd waarom deze stukken relevant waren, was er geen verplichting voor de heffingsambtenaar om deze over te leggen.

Wat betreft het motiveringsbeginsel stelde het hof dat de uitspraak op bezwaar voldoende was gemotiveerd en dat er geen sprake was van een motiveringsgebrek. Het hof vond dat er geen relevante punten uit het hoorgesprek waren weggelaten in de uitspraak op bezwaar.

ADVERTISEMENT

De conclusie van het gerechtshof was dat het hoger beroep ongegrond was en dat de uitspraak van de rechtbank werd bevestigd. Er was geen aanleiding voor een proceskostenvergoeding of een teruggave van het griffierecht aan belanghebbende. Daarmee bleef de WOZ-waarde van € 373.000 voor de woning gehandhaafd. Beide partijen kregen de mogelijkheid om binnen zes weken na de verzenddatum beroep in cassatie in te stellen bij de Hoge Raad der Nederlanden.

Lees de originele uitspraak hier.

Disclaimer: Deze samenvatting is automatisch gegenereerd en kan daardoor fouten bevatten.
Raadpleeg altijd de originele uitspraak.

ShareSendSend
Previous Post

ECLI:NL:GHAMS:2025:1549 WOZ-waarde verhuurde woning en waarderingsficties beoordeeld

Next Post

ECLI:NL:RBAMS:2025:3690 appartementsrecht en gebruik van gemeenschappelijk dak

Gerelateerde uitspraken>>>

Bestemming van het appartement

ECLI:NL:RBAMS:2025:4420 jeugdstraf voor rol bij ontploffing en mishandeling

12/07/2025
Bestemming van het appartement

ECLI:NL:RVS:2025:3139 vereniging van eigenaars verliest bezwaar bestemmingsplan

12/07/2025
Bestemming van het appartement

ECLI:NL:GHAMS:2025:1785 heffing WOZ-waarde woning gerechtvaardigd

12/07/2025

VvErechtspraak.nl

  • Contact
  • Over ons

Bezoek ook eens

Alle rechten onder voorbehoud © 2025 VvE Rechtspraak.

Geen resultaten
Bekijk alle resultaten
  • VvE beheer
  • VvE-Incasso
  • Aansprakelijkheid bestuur
  • Procesrecht
  • Overlast en hinder
  • Onderhoud
  • Overige categorieën
    • Bestemming van het appartement
    • Diversen
    • Lekkage en andere schade
    • Rechtsgeldigheid VvE besluit
    • Verbouwingen
    • Verduurzaming
    • Verjaring in de VvE
    • Vervangende machtiging
    • Wijzigingen van de splitsingsakte

Alle rechten onder voorbehoud © 2025 VvE Rechtspraak.