De zaak in het kort
In deze zaak behandelt het Gerecht in Eerste Aanleg van Sint Maarten een kort geding aangespannen door Tropical Breezes Ltd., een vennootschap naar buitenlands recht, tegen de Vereniging van Eigenaars (VVE) van het Porto Cupecoy-resort en Lowlands Managing Partner B.V. (LMP). De eiseres stelt dat de VVE en LMP zonder de benodigde toestemming gemeenschappelijke ruimten hebben bebouwd en deze in exclusief gebruik hebben gegeven aan derden. Tropical Breezes Ltd. eist daarom een verbod op verdere bouwwerkzaamheden en het gebruik van deze ruimten zonder een geldig besluit of wijziging van de splitsingsakte. Tevens vordert zij een aanzienlijke dwangsom voor iedere dag dat de vermeende inbreuken voortduren.
Het verloop van het proces en de feiten
Tropical Breezes Ltd. heeft een appartementsrecht in het Porto Cupecoy-complex. Het resort bestaat uit een jachthaven, appartementen en diverse voorzieningen voor bewoners en bezoekers. De VVE is verantwoordelijk voor het beheer van het complex en vertegenwoordigt de belangen van de appartementseigenaren. LMP heeft een aanzienlijk aandeel in de appartementsrechten van het complex.
De kwestie ontstond toen de VVE een loungebar liet bouwen op een gemeenschappelijk plein en deze aan een derde in exclusief gebruik gaf. Daarnaast is LMP begonnen met de bouw van een casino op vijf parkeerplaatsen, die ook deel uitmaken van de gemeenschappelijke eigendommen. Tropical Breezes Ltd. beriep zich op het spoedeisend belang om deze bouwwerkzaamheden onmiddellijk te laten stoppen, omdat zij van mening is dat de VVE en LMP niet bevoegd waren om deze besluiten te nemen zonder goedkeuring van de appartementseigenaren en zonder wijziging van de splitsingsakte.
Tijdens de mondelinge behandeling van het kort geding, waar vertegenwoordigers van beide partijen aanwezig waren, heeft Tropical Breezes Ltd. verklaard dat de bouw van de loungebar al bijna voltooid is en dat deze reeds in gebruik is. Ook zijn de parkeerplaatsen door de bouwwerkzaamheden niet meer beschikbaar. De VVE en LMP betwisten het spoedeisend belang van de eiseres en stellen dat de bouwwerkzaamheden al te ver gevorderd zijn om nog als spoedeisend te worden beschouwd.
De beslissing van de rechtbank
Het Gerecht in Eerste Aanleg oordeelt dat er geen sprake is van een voldoende spoedeisend belang aan de zijde van Tropical Breezes Ltd. De rechtbank stelt dat de bouwwerkzaamheden al grotendeels zijn voltooid en de loungebar reeds in gebruik is. Tropical Breezes Ltd. heeft niet voldoende onderbouwd waarom zij door deze ontwikkelingen ernstig beperkt zou worden in het genot van haar appartement of van de gemeenschappelijke gronden. Ook heeft zij geen specifieke hinder aangetoond ten opzichte van andere appartementseigenaren die geen actie hebben ondernomen in dit kort geding.
De rechtbank concludeert dat er geen sprake is van een situatie die zodanig spoedeisend is dat de uitkomst van een reguliere bodemprocedure niet kan worden afgewacht. Mocht in een toekomstige bodemprocedure worden vastgesteld dat de bouw onrechtmatig is, dan kunnen daar alsnog maatregelen tegen worden getroffen, zoals het eisen van verwijdering of schadevergoeding.
Als gevolg van het ontbreken van een spoedeisend belang verklaart de rechtbank Tropical Breezes Ltd. niet-ontvankelijk in haar vordering. Daarnaast wordt de eiseres veroordeeld tot betaling van de proceskosten aan de zijde van de gedaagden, begroot op NAf. 1.500 voor de salariskosten van de gemachtigde. Deze uitspraak benadrukt het belang van een goed onderbouwd spoedeisend belang in kort gedingen, vooral wanneer het aangevochten handelen al grotendeels is voltooid.
Lees de originele uitspraak hier.
Disclaimer: Deze samenvatting is automatisch gegenereerd en kan daardoor fouten bevatten.
Raadpleeg altijd de originele uitspraak.