De zaak in het kort
In deze civiele zaak heeft de rechtbank Amsterdam op 27 maart 2025 een vonnis uitgesproken over de beëindiging van een huurovereenkomst tussen de Stichting Ymere, een woningcorporatie, en een huurder die tevens eigenaar is van meerdere koopwoningen. De huurovereenkomst betreft een sociale huurwoning die de huurder sinds 2014 bewoont. Ymere heeft de rechter gevraagd de huurovereenkomst te beëindigen op grond van “dringend eigen gebruik” omdat de huurder niet langer behoort tot de doelgroep van sociale huurders, gezien hij inmiddels twee koopwoningen bezit. De rechtbank heeft geoordeeld dat de omstandigheden voldoen aan de wettelijke eisen voor beëindiging van de huurovereenkomst op grond van dringend eigen gebruik en heeft de huurovereenkomst per 1 september 2025 beëindigd.
Het verloop van het proces en de feiten
De procedure begon met een dagvaarding van Ymere op 8 augustus 2024, gevolgd door een conclusie van antwoord van de huurder. De mondelinge behandeling vond plaats op 18 december 2024, waarbij beide partijen hun standpunten hebben toegelicht. Ymere heeft aangevoerd dat de huurder niet meer binnen de doelgroep voor sociale huur valt, omdat hij eigenaar is van meerdere koopwoningen. De huurder heeft hiertegen verweer gevoerd.
Ymere is een woningcorporatie die volgens haar statutaire doelstelling sociale huurwoningen verhuurt aan mensen die niet zelfstandig in woonruimte kunnen voorzien. In Amsterdam is er een groot tekort aan sociale huurwoningen, met wachttijden die kunnen oplopen tot 13 jaar. De huurder in kwestie huurt sinds 2014 een sociale huurwoning van Ymere. Sindsdien is hij eigenaar geworden van meerdere koopwoningen, die hij verhuurt. Ymere heeft de huurovereenkomst met de huurder opgezegd op grond van dringend eigen gebruik, met de intentie de woning opnieuw te verhuren aan iemand die binnen de sociale doelgroep valt.
De huurder heeft betoogd dat zijn koopwoningen niet als passende woonruimte kunnen worden gezien, omdat ze verhuurd zijn. Ook heeft hij aangevoerd dat de lasten van de koopwoningen hoger zijn dan wat zijn inkomen kan dragen. Ymere heeft gesteld dat de huurder zijn woningen kan gebruiken als passende woonruimte, en dat de belangen van woningzoekenden zwaarder wegen dan het belang van de huurder om de sociale huurwoning te behouden.
De beslissing van de rechtbank
De rechtbank heeft geoordeeld dat Ymere voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat zij de woning dringend nodig heeft voor eigen gebruik, namelijk om deze opnieuw te verhuren aan een persoon die op basis van de toewijzingscriteria in aanmerking komt voor een sociale huurwoning. De rechtbank heeft overwogen dat de huurder, door zijn bezit van koopwoningen, niet meer tot de doelgroep van sociale huurders behoort.
De rechtbank heeft vastgesteld dat Ymere de huurovereenkomst op correcte wijze heeft opgezegd en dat de wettelijke grond voor “dringend eigen gebruik” voldoende is aangetoond. De rechter heeft ook overwogen dat de huurder passende woonruimte heeft in de vorm van zijn koopwoningen. Hoewel de huurder heeft aangevoerd dat deze woningen verhuurd zijn, heeft hij onvoldoende bewijs geleverd van de aard van deze huurverhoudingen. De rechtbank heeft daarom geoordeeld dat de huurder niet aannemelijk heeft gemaakt dat hij geen toegang heeft tot passende woonruimte.
De rechtbank heeft de huurovereenkomst per 1 september 2025 beëindigd en de huurder veroordeeld om de woning binnen 14 dagen na deze datum te ontruimen. De huurder is daarnaast veroordeeld tot betaling van de proceskosten, begroot op € 742,22. De veroordeling tot betaling van proceskosten is uitvoerbaar bij voorraad verklaard. De rechtbank heeft geoordeeld dat er geen reden is om de hulp van de sterke arm toe te staan voor de ontruiming, aangezien de deurwaarder hiertoe al bevoegd is volgens de wet.
In het vonnis heeft de rechtbank ook gewezen op het belang van een rechtvaardige verdeling van de schaarse sociale huurwoningen en het belang van Ymere om haar statutaire doelstelling na te komen. De bescherming die aan huurders wordt geboden, is volgens de rechtbank niet bedoeld voor personen die niet of minder bescherming nodig hebben, zoals in het geval van de huurder die over meerdere koopwoningen beschikt. Het maatschappelijk belang van Ymere om sociale woningen beschikbaar te houden voor de daadwerkelijk behoeftige doelgroep woog zwaarder dan het persoonlijke belang van de huurder om zijn sociale huurwoning te behouden tegen een lage huurprijs.
Lees de originele uitspraak hier.
Disclaimer: Deze samenvatting is automatisch gegenereerd en kan daardoor fouten bevatten.
Raadpleeg altijd de originele uitspraak.