De zaak in het kort
De rechtbank Amsterdam heeft een uitspraak gedaan in een geschil over een koopovereenkomst van een woning waarin de kopers, [eiser 1] en [eiser 2], de verkoper, [gedaagde], aansprakelijk stelden voor funderings- en vochtproblematiek. De kopers beweerden dat de woning niet voldeed aan de verwachtingen vanwege gebreken die niet bekend waren bij de aankoop. De verkoper ontkende kennis te hebben van deze problemen en verwees naar de ouderdomsclausule in de koopovereenkomst als bescherming tegen dergelijke aanspraken. De rechtbank wees de vorderingen van de kopers af en kende de verkoper een reconventionele vordering toe voor terugbetaling van een eerder uitgekeerd depot.
Het verloop van het proces en de feiten
De procedure begon met een dagvaarding op 3 september 2024, waarbij [eiser 1] en [eiser 2] de rechtbank vroegen om de verkoper te veroordelen tot betaling van herstelkosten voor de funderings- en vochtproblematiek. De verkoper stelde een tegenvordering in voor terugbetaling van een depot dat was uitgekeerd in verband met een sanibroyeurprobleem. Het proces omvatte verschillende schriftelijke stukken, een tussenvonnis en een mondelinge behandeling op 24 juni 2025, waarna de rechtbank vonnis wees.
Feitelijk gezien hadden [eiser 1] en [eiser 2] een woning van [gedaagde] gekocht, waarbij later vochtproblemen werden ontdekt. In de koopovereenkomst was een addendum opgenomen vanwege een sanibroyeurprobleem dat vlak voor de overdracht was opgemerkt. Ondanks de ouderdomsclausule en het ontbreken van specifieke garanties door de verkoper, eisten de kopers herstel voor de gebreken die volgens hen niet zichtbaar waren bij de koop. Het addendum voorzag in een depot van € 10.000 dat aan de kopers was uitgekeerd voor deze schade, maar de verkoper claimde dat het bedrag onverschuldigd was betaald.
De beslissing van de rechtbank.
De rechtbank oordeelde dat de woning de eigenschappen bezat die nodig zijn voor normaal gebruik, ondanks de vochtproblemen die na de verkoop aan het licht kwamen. De ouderdomsclausule in de koopovereenkomst beschermde de verkoper tegen aansprakelijkheid voor deze gebreken, tenzij er sprake was van een ernstig verwijt. De rechtbank vond dat de verkoper niet op de hoogte was van de problemen en dus geen mededelingsplicht had geschonden. Er was evenmin sprake van dwaling, omdat niet was aangetoond dat de verkoper wetenschap had van de gebreken.
De rechtbank interpreteerde het addendum als betrekking hebbend op de sanibroyeur en niet op de funderings- of vochtproblemen, waardoor het depot van € 10.000 onverschuldigd was uitgekeerd. [eiser 1] en [eiser 2] werden veroordeeld tot terugbetaling van dit bedrag aan [gedaagde], vermeerderd met wettelijke rente vanaf 27 november 2024.
In conventie werden de vorderingen van [eiser 1] en [eiser 2] afgewezen. Ze werden tevens veroordeeld tot het betalen van de proceskosten van de verkoper, die werden begroot op € 2.897. In reconventie werd [eiser 1] en [eiser 2] veroordeeld tot betaling van € 10.000 aan [gedaagde], vermeerderd met de wettelijke rente. Ook de proceskosten in reconventie werden voor rekening van [eiser 1] en [eiser 2] gebracht, begroot op € 614.
De uitspraak benadrukt het belang van duidelijke afspraken in koopovereenkomsten en de bescherming die ouderdomsclausules bieden aan verkopers tegen aansprakelijkheid voor onbekende gebreken. De rechter legde uit dat in gevallen van twijfel de tekst van de koopovereenkomst en de redelijke verwachtingen van partijen leidend zijn. Hierdoor werd de aansprakelijkheid van de verkoper in dit geval effectief beperkt.
Lees de originele uitspraak hier.
Disclaimer: Deze samenvatting is automatisch gegenereerd en kan daardoor fouten bevatten.
Raadpleeg altijd de originele uitspraak.