De zaak in het kort
De rechtbank Gelderland heeft een geschil behandeld tussen een bedrijf dat een business center exploiteert en een Vereniging van Eigenaars (VvE). De zaak draait om de ingebruikgeving van acht parkeerplaatsen op het terrein van de VvE. Door renovatiewerkzaamheden aan balkons kon de VvE niet meer voldoen aan de verplichting om parkeerplaatsen beschikbaar te stellen aan het business center. De eiseres eiste een schadevergoeding voor de kosten van alternatieve parkeerplaatsen. De rechtbank heeft geoordeeld dat de VvE aansprakelijk is voor deze kosten en heeft de schadevergoeding toegewezen.
Het verloop van het proces en de feiten
De VvE is eigenaar van een parkeerterrein achter een serviceflat. In 1973 werd een erfdienstbaarheid gevestigd die het business center het recht gaf om parkeerplaatsen op dit terrein te gebruiken. In 1995 werd dit recht omgezet in een zakelijk recht van gebruik voor acht parkeerplaatsen, dat periodiek verlengd kon worden. In 2018 begon de VvE met renovaties die leidden tot veiligheidsproblemen met de balkons. Hierdoor moesten delen van het parkeerterrein worden afgesloten, waardoor de parkeerplaatsen niet meer beschikbaar waren voor het business center.
Vanaf medio 2023 heeft het business center geen gebruik meer kunnen maken van de parkeerplaatsen. De VvE zocht naar alternatieven en stelde voor dat het business center tijdelijk parkeerplaatsen zou huren bij de Grote Kerk en dat de VvE de kosten zou vergoeden. In februari 2024 stuurde het business center een factuur voor de huur van parkeerplaatsen bij de Grote Kerk, maar de VvE betwistte de hoogte van de kosten en stelde dat er een misverstand was over de afgesproken bedragen.
De beslissing van de rechtbank
De rechtbank oordeelde dat de VvE tekort was geschoten in haar verplichting om de parkeerplaatsen beschikbaar te stellen. De VvE was verantwoordelijk voor het onderhoud van de balkons en de daaruit voortvloeiende beperkingen op het parkeerterrein. Het beroep van de VvE op onvoorziene omstandigheden werd afgewezen, omdat de situatie met de balkons aan de VvE toegerekend kon worden.
De rechtbank vond dat er geen sprake was van een opzegging van de overeenkomst door de VvE en dat de VvE had aangegeven te zoeken naar een oplossing. De rechtbank concludeerde dat de VvE schadevergoeding verschuldigd was aan het business center ter hoogte van de kosten voor alternatieve parkeerplaatsen bij de Grote Kerk. Het gevorderde bedrag van ⬠10.282,81 werd toegewezen, inclusief btw, omdat dit een zelfstandige schadepost was.
De rechtbank veroordeelde de VvE tot vergoeding van de proceskosten, inclusief buitengerechtelijke incassokosten, en verklaarde het vonnis uitvoerbaar bij voorraad. De VvE was grotendeels in het ongelijk gesteld en diende de kosten van de procedure te betalen. De rechtbank stelde de totale vergoeding voor het business center vast op ⬠11.160,63, inclusief rente en kosten.
Lees de originele uitspraak hier.
Disclaimer: Deze samenvatting is automatisch gegenereerd en kan daardoor fouten bevatten.
Raadpleeg altijd de originele uitspraak.