VvErechtspraak.nl
Geen resultaten
Bekijk alle resultaten
  • VvE beheer
  • VvE-Incasso
  • Aansprakelijkheid bestuur
  • Procesrecht
  • Overlast en hinder
  • Onderhoud
  • Overige categorieën
    • Bestemming van het appartement
    • Diversen
    • Lekkage en andere schade
    • Rechtsgeldigheid VvE besluit
    • Verbouwingen
    • Verduurzaming
    • Verjaring in de VvE
    • Vervangende machtiging
    • Wijzigingen van de splitsingsakte
  • VvE beheer
  • VvE-Incasso
  • Aansprakelijkheid bestuur
  • Procesrecht
  • Overlast en hinder
  • Onderhoud
  • Overige categorieën
    • Bestemming van het appartement
    • Diversen
    • Lekkage en andere schade
    • Rechtsgeldigheid VvE besluit
    • Verbouwingen
    • Verduurzaming
    • Verjaring in de VvE
    • Vervangende machtiging
    • Wijzigingen van de splitsingsakte
Geen resultaten
Bekijk alle resultaten
VvErechtspraak.nl
Geen resultaten
Bekijk alle resultaten

ECLI:NL:RBGEL:2025:7254 verzekeringsrecht: beroepsfout bij onderverzekering na brand

by VvERechstpraak.nl
11/09/2025
Reading Time: 2 mins read
A A
0

De zaak in het kort

In deze zaak draaide het om een geschil tussen de Vereniging van Eigenaars (VvE) en hun assurantietussenpersoon, Blaak & Partners B.V., over een forse onderverzekering na een brand. De VvE had een opstalverzekering afgesloten bij Nationale Nederlanden voor hun gebouw, maar bleek na een brand zwaar onderverzekerd te zijn. De rechtbank moest oordelen over de aansprakelijkheid van Blaak voor de onderverzekering en of Nationale Nederlanden ook enige verantwoordelijkheid droeg. De VvE stelde dat Blaak haar zorgplicht had geschonden door niet te waarschuwen voor het aflopen van de garantie tegen onderverzekering (GTO), wat leidde tot een significant financieel verlies na de brand.

Gerelateerde uitspraken

ECLI:NL:RBZWB:2025:5760 VvE vordering op voormalige eigenaren afgewezen

ECLI:NL:RBNNE:2025:3623 wanprestatie en schadevergoeding bij dakvervanging

ECLI:NL:RBAMS:2025:6524 vastgoedverkoop geschil over vergunningen en boete

Het verloop van het proces en de feiten

De VvE, bestaande uit twee appartementseigenaren in Arnhem, had sinds 2014 een opstalverzekering bij Nationale Nederlanden. Blaak trad vanaf 2017 op als assurantietussenpersoon. In 2017 kreeg Blaak een brief van de verzekeraar dat het pand onderverzekerd was. De verzekerde som werd verhoogd en er werd een GTO van zes jaar afgesproken. Op de polisbladen stond dat de GTO zou aflopen tenzij een nieuwe taxatie werd uitgevoerd. In 2021 verhuurde een van de eigenaren illegaal een bijgebouw, wat later leidde tot juridische en overheidsingrepen wegens geconstateerde veiligheidsrisico’s.

Op 31 januari 2023 werd het gebouw door brandstichting verwoest. De schade bleek aanzienlijk hoger dan de verzekerde som, wat resulteerde in een uitkering van slechts 41% van de werkelijke schade. Blaak werd aansprakelijk gesteld voor het niet verlengen van de GTO. Blaak voerde aan dat de verzekeraar geen nieuwe GTO zou hebben aangeboden vanwege de illegale verhuur en de daarmee gepaard gaande risicoverzwaring.

De beslissing van de rechtbank

De rechtbank oordeelde dat Blaak inderdaad een beroepsfout had gemaakt door niet actief te handelen en de VvE niet te waarschuwen voor het aflopen van de GTO. Blaak had als assurantietussenpersoon de plicht om te waken voor onderverzekering. De rechtbank vond dat er een causaal verband was tussen de fout van Blaak en de geleden schade. Nationale Nederlanden had bij kennis van de verhuursituatie wellicht de verzekeringsvoorwaarden aangepast of de verzekering beëindigd, maar de rechtbank achtte het aannemelijk dat Blaak, indien zij haar zorgplicht was nagekomen, een verlenging van de GTO had kunnen bewerkstelligen of de verzekerde som had kunnen verhogen.

De VvE werd geen eigen schuld toegerekend, omdat zij mocht vertrouwen op de expertise van Blaak. De rechtbank veroordeelde Blaak tot het betalen van een bedrag van €542.247,46 aan de VvE, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum van de uitkering door Nationale Nederlanden. Daarnaast zou Blaak €521.623,44 moeten betalen onder de voorwaarde dat de VvE kon aantonen dat zij tot herbouw was overgegaan. De vordering tot buitengerechtelijke kosten werd afgewezen, omdat de VvE deze onvoldoende had onderbouwd.

In de vrijwaringszaak tegen Nationale Nederlanden werd beslist dat de verzekeraar geen zorgplicht had geschonden. Nationale Nederlanden had voldaan aan haar plicht door jaarlijks de polisbladen met informatie over de GTO te verstrekken. Blaak werd veroordeeld tot betaling van de proceskosten in zowel de hoofdzaak als de vrijwaringszaak. De rechtbank concludeerde dat Blaak verantwoordelijk was voor de onderverzekering en de daaruit voortvloeiende schade aan de VvE moest vergoeden.

Lees de originele uitspraak hier.

ADVERTISEMENT

Disclaimer: Deze samenvatting is automatisch gegenereerd en kan daardoor fouten bevatten.
Raadpleeg altijd de originele uitspraak.

ShareSendSend
Previous Post

ECLI:NL:RBZWB:2025:6001 WOZ-waarde woning bevestigd ondanks bezwaar

Next Post

ECLI:NL:GHDHA:2025:1705 eigendomsgeschil parkeerplaatsen door verkrijgende verjaring

Gerelateerde uitspraken>>>

VvE-Incasso

ECLI:NL:RBZWB:2025:5760 VvE vordering op voormalige eigenaren afgewezen

08/09/2025
VvE-Incasso

ECLI:NL:RBNNE:2025:3623 wanprestatie en schadevergoeding bij dakvervanging

08/09/2025
VvE-Incasso

ECLI:NL:RBAMS:2025:6524 vastgoedverkoop geschil over vergunningen en boete

08/09/2025

VvErechtspraak.nl

  • Contact
  • Over ons

Bezoek ook eens

Nederlandvve

Alle rechten onder voorbehoud © 2025 VvE Rechtspraak.

Geen resultaten
Bekijk alle resultaten
  • VvE beheer
  • VvE-Incasso
  • Aansprakelijkheid bestuur
  • Procesrecht
  • Overlast en hinder
  • Onderhoud
  • Overige categorieën
    • Bestemming van het appartement
    • Diversen
    • Lekkage en andere schade
    • Rechtsgeldigheid VvE besluit
    • Verbouwingen
    • Verduurzaming
    • Verjaring in de VvE
    • Vervangende machtiging
    • Wijzigingen van de splitsingsakte

Alle rechten onder voorbehoud © 2025 VvE Rechtspraak.