De zaak in het kort
In deze zaak heeft de verzoeker bij de rechtbank Noord-Nederland een verzoek ingediend om de besluiten van een Vereniging van Eigenaren (VvE) betreffende de renovatie van rookgasafvoeren in een appartementencomplex nietig te verklaren, dan wel te vernietigen. De verzoeker betwist de besluitvorming van de VvE over de renovatie van de rookgasafvoeren en de financiering ervan. De verzoeker is van mening dat de besluiten in strijd zijn met wettelijke of statutaire bepalingen en met de redelijkheid en billijkheid. De rechtbank heeft het verzoek van de verzoeker afgewezen en hem veroordeeld in de proceskosten.
Het verloop van het proces en de feiten
Het proces begon met een verzoekschrift dat op 27 december 2024 werd ingediend bij de rechtbank Noord-Nederland. De verzoeker, die in persoon procedeerde, vroeg de rechtbank om de besluiten van de VvE genomen op 28 november 2024, nietig te verklaren of te vernietigen. Het betrof besluiten waarbij de VvE had besloten om de rookgasafvoeren van het gebouw te renoveren door het plaatsen van een nieuwe binnenlaag in de bestaande kanalen, een proces dat bekend staat als ‘relinen’. De VvE had ook besloten dat de kosten van deze renovatie door de eigenaren zouden worden gedragen volgens hun breukdeel in de splitsingsakte.
De VvE had eerder tijdens een vergadering de plannen gepresenteerd en gestemd over de renovatie van de rookgasafvoeren, waarbij een grote meerderheid voor de plannen stemde. Er waren echter enkele eigenaren, waaronder de verzoeker, die tegen de plannen stemden. De verzoeker voerde aan dat er onvoldoende alternatieve oplossingen waren overwogen, zoals overstappen op een lokaal warmtenet, dat mogelijk goedkoper zou zijn op de lange termijn. Bovendien vond de verzoeker dat de renovatie zou leiden tot extra kosten en verlies van woongenot, omdat het plaatsen van een extra koof in de badkamer nodig zou zijn.
Tijdens de zitting op 13 mei 2025 werden de argumenten van de verzoeker en de VvE besproken. De VvE voerde aan dat de mogelijkheid van het warmtenet was onderzocht, maar dat er onvoldoende draagvlak was onder de eigenaren voor deze optie. Ook betwistte de VvE de berekeningen van de kosten die de verzoeker had aangevoerd voor de aansluiting op het warmtenet.
De beslissing van de rechtbank
De kantonrechter oordeelde dat de verzoeker zijn verzoek tot nietigverklaring van de besluiten niet handhaafde en daarmee niet verder hoefde te worden ingegaan op dit verzoek. Wat betreft het verzoek tot vernietiging van de besluiten, oordeelde de kantonrechter dat de verzoeker tijdig het verzoek tot vernietiging had ingediend. Echter, de kantonrechter vond dat de verzoeker niet voldoende had aangetoond dat de besluiten in strijd waren met wettelijke of statutaire bepalingen die van toepassing zijn op de totstandkoming van besluiten.
De kantonrechter vond ook dat er geen sprake was van strijd met de redelijkheid en billijkheid. De VvE had in redelijkheid kunnen besluiten tot de renovatie van de rookgasafvoeren, gezien de noodzaak om de rookgasafvoeren te vervangen om te voldoen aan de veiligheidsnormen. Er was geen overtuigend bewijs dat overstappen op het warmtenet een veel goedkopere oplossing zou zijn. Bovendien was er onvoldoende draagvlak binnen de VvE voor deze optie, en was het niet aannemelijk gemaakt dat de presentatie van alternatieve plannen door de VvE was tegengewerkt.
Ten aanzien van de stelling van de verzoeker dat hij werd benadeeld ten opzichte van andere eigenaren door de geplande renovatie, oordeelde de kantonrechter dat de gekozen kostenbesparende maatregel in het algemene belang van alle eigenaren was en dat eventuele extra kosten voor een hogere afwerkingsgraad van de koof voor rekening van de verzoeker zelf zouden komen.
De verzoeken van de verzoeker om een beschikking te verlenen die tot compensatie zou leiden of die de VvE zou verplichten over te gaan op een andere verwarmingsmethode, werden eveneens afgewezen. De kantonrechter benadrukte dat het niet aan de rechtbank is om te bepalen welke besluiten de VvE zou moeten nemen, maar alleen om te beoordelen of de genomen besluiten nietig of vernietigbaar zijn.
Tot slot werd de verzoeker veroordeeld in de proceskosten van de VvE, die werden begroot op € 677,00. De beschikking werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard voor wat betreft de proceskostenveroordeling.
Lees de originele uitspraak hier.
Disclaimer: Deze samenvatting is automatisch gegenereerd en kan daardoor fouten bevatten.
Raadpleeg altijd de originele uitspraak.