De zaak in het kort
Een appartementseigenaar, hierna genoemd [partij], is lid van de Vereniging van Eigenaars (VvE) en wordt door de VvE aangeklaagd voor het niet betalen van voorschotbijdragen ter waarde van € 1.504,20. [partij] weigert te betalen, claimend dat hij een schadevordering heeft tegen de VvE vanwege waterschade aan zijn appartement, die volgens hem verrekend kan worden met de verschuldigde bijdragen. In reconventie vordert [partij] een vergoeding van € 7.451,58 voor de schade. De VvE betwist de aansprakelijkheid en de schadeclaim. De kantonrechter zal de vordering van de VvE toewijzen en de tegenvordering van [partij] afwijzen.
Het verloop van het proces en de feiten
Het procesverloop omvat verschillende stappen: vanaf de dagvaarding tot de mondelinge behandeling. [partij] is eigenaar van een appartement en verhuurt dit aan een huurder. De maandelijkse bijdrage aan de VvE bedraagt € 124,20. Op 7 januari 2022 meldde [partij] wateroverlast in zijn appartement, waarbij water via de doucheafvoer omhoog kwam. Hij beweert dat hierdoor de laminaat- en ondervloer beschadigd raakten en meldt dit aan de VvE. De VvE wijst op een verstopping in de doucheafvoer als oorzaak en stelt dat andere appartementen geen last hadden van vergelijkbare problemen. De laminaatvloer zou volgens de huurder alleen wat opbolde. De VvE doet een melding bij de opstalverzekering, maar de schade wordt niet gedekt omdat de laminaatvloer als verhuisbaar wordt beschouwd.
Tussen januari 2022 en december 2023 hebben de partijen contact gehad over de schade en aansprakelijkheid. [partij] heeft op 28 december 2023 de automatische incasso voor de VvE-bijdrage gestorneerd en beweert dat de schade € 6.800 bedraagt. Hij probeert deze schade te verrekenen met zijn VvE-bijdragen, wat leidt tot wederzijdse ingebrekestellingen.
De VvE vordert uiteindelijk betaling van de achterstallige bijdragen met rente en kosten, terwijl [partij] verweer voert en in reconventie een aanzienlijke schadevergoeding eist. De VvE stelt dat [partij] geen tegenvordering kan verrekenen op basis van het modelreglement dat aangeeft dat voorschotbijdragen niet verrekend of opgeschort kunnen worden vanwege vermeende vorderingen.
De beslissing van de rechtbank
De kantonrechter oordeelt dat [partij] de achterstallige voorschotbijdragen van € 1.504,20 moet betalen, omdat het modelreglement van de VvE geen verrekening of opschorting toestaat vanwege een vermeende vordering. De vraag of [partij] daadwerkelijk schade heeft geleden en of de VvE daarvoor aansprakelijk is, kan daarom in conventie niet worden behandeld. De kantonrechter wijst ook de gevorderde wettelijke rente en een deel van de buitengerechtelijke incassokosten toe, namelijk € 115,22 in plaats van de gevraagde € 137,76, omdat dit het tarief is dat in de aanmaningen was vermeld.
In reconventie oordeelt de kantonrechter dat [partij] zijn vorderingen onvoldoende heeft onderbouwd. [partij] heeft niet genoeg bewijs geleverd dat de schade aan zijn laminaatvloer is veroorzaakt door een gebrek in de gemeenschappelijke waterleiding. De VvE heeft betwist dat er een gebrek was en heeft aangegeven dat andere appartementen geen wateroverlast hebben gehad en dat de standleiding recent was vervangen. Ook heeft [partij] geen afdoende bewijs geleverd van de schade, bijvoorbeeld door middel van deskundigenrapporten of foto’s. De vordering van [partij] in reconventie wordt daarom afgewezen.
De kantonrechter veroordeelt [partij] in de proceskosten van de VvE, zowel in conventie als in reconventie, die oplopen tot € 937,13 in conventie en € 135,00 in reconventie. [partij] moet deze kosten binnen veertien dagen na aanschrijving betalen, anders worden ze vermeerderd met de wettelijke rente. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad, wat betekent dat het direct ten uitvoer kan worden gelegd, zelfs als [partij] in hoger beroep zou gaan.
Samenvattend concludeert de rechtbank dat [partij] de voorgeschreven bijdragen aan de VvE moet betalen en dat zijn schadeclaim niet voldoende is onderbouwd om deze te verrekenen of op te schorten. De VvE heeft recht op de achterstallige betalingen, rente en een deel van de incassokosten, terwijl [partij] verantwoordelijk wordt gehouden voor de proceskosten.
Lees de originele uitspraak hier.
Disclaimer: Deze samenvatting is automatisch gegenereerd en kan daardoor fouten bevatten.
Raadpleeg altijd de originele uitspraak.