VvErechtspraak.nl
Geen resultaten
Bekijk alle resultaten
  • VvE beheer
  • VvE-Incasso
  • Aansprakelijkheid bestuur
  • Procesrecht
  • Overlast en hinder
  • Onderhoud
  • Overige categorieën
    • Bestemming van het appartement
    • Diversen
    • Lekkage en andere schade
    • Rechtsgeldigheid VvE besluit
    • Verbouwingen
    • Verduurzaming
    • Verjaring in de VvE
    • Vervangende machtiging
    • Wijzigingen van de splitsingsakte
  • VvE beheer
  • VvE-Incasso
  • Aansprakelijkheid bestuur
  • Procesrecht
  • Overlast en hinder
  • Onderhoud
  • Overige categorieën
    • Bestemming van het appartement
    • Diversen
    • Lekkage en andere schade
    • Rechtsgeldigheid VvE besluit
    • Verbouwingen
    • Verduurzaming
    • Verjaring in de VvE
    • Vervangende machtiging
    • Wijzigingen van de splitsingsakte
Geen resultaten
Bekijk alle resultaten
VvErechtspraak.nl
Geen resultaten
Bekijk alle resultaten

ECLI:NL:RBROT:2025:11869 kort geding ontruiming en legaatgebruik

by VvERechstpraak.nl
16/10/2025
Reading Time: 2 mins read
A A
0

De zaak in het kort

In deze zaak bij de rechtbank Rotterdam staat een kort geding centraal waarin [eisers], de erfgenamen van de overleden erflater, een vordering tot ontruiming van een woning hebben ingediend tegen [gedaagde]. [Gedaagde] heeft via een legaat het recht op gebruik en bewoning van de woning gekregen. De erfgenamen willen de woning verkopen om de schulden van de nalatenschap te voldoen. De rechter moet oordelen of de vordering tot ontruiming gerechtvaardigd is, gezien de omstandigheden en het testament van de erflater.

Gerelateerde uitspraken

ECLI:NL:RBMNE:2025:5507 WOZ-waarde woning gehandhaafd ondanks bezwaren eigenaar

ECLI:NL:RBGEL:2025:9200 huur bedrijfsruimte en ontbinding huurovereenkomst afgewezen

ECLI:NL:RBMNE:2025:5507 WOZ-waarde woning Utrecht bevestigd ondanks bezwaren

Het verloop van het proces en de feiten

Op [datum] is de vader van [eisers] overleden. Hij had op 8 augustus 2023 zijn uiterste wil vastgelegd in een testament waarin [eisers] als erfgenamen werden benoemd, met een aantal legaten als bezwaren. [Gedaagde] kreeg het legaat van gebruik en bewoning van de woning en de bijbehorende inboedel. [Eisers] hebben de nalatenschap beneficiair aanvaard, omdat zij de nalatenschap niet ruimschoots positief konden verklaren, wat de toepassing van een vereffeningsprocedure noodzakelijk maakte.

De boedelbeschrijving toonde een totale activa van € 417.294,75 en passiva van € 339.089,02. [Eisers] vroegen [gedaagde] om het financiële tekort van € 220.000,- op zich te nemen om een verkoop van de woning te vermijden, wat [gedaagde] betwistte. [Eisers] startten daarop een kort geding en vorderden ontruiming van de woning, vervanging van sloten, en terugbetaling van een bedrag aan de nalatenschap door [gedaagde].

Tijdens de mondelinge behandeling op 26 september 2025 werd duidelijk dat er onenigheid was over de financiële verplichtingen en de noodzaak van woningverkoop. [Gedaagde] betwistte de dringende noodzaak en de berekeningen van [eisers] over de boedel.

De beslissing van de rechtbank

De voorzieningenrechter heeft de vorderingen van [eisers] afgewezen. De rechter overwoog dat het testament van de erflater expliciet het recht van gebruik en bewoning aan [gedaagde] verleende, en dat de verkoop van de woning niet kon worden gerechtvaardigd zonder voldoende bewijs dat de schulden van de nalatenschap onmiddellijk moesten worden voldaan. De rechter vond dat er niet genoeg bewijs was dat de hypotheekverstrekker onmiddellijke aflossing eiste of dat de schulden bij de Belastingdienst en de Vereniging van Eigenaren direct moesten worden betaald.

Daarnaast wees de rechter op een mogelijk tegenstrijdig belang van [eisers], die ook de grootste schuldeisers waren via hun betrokkenheid bij Odano B.V. De rechter vond dat er onvoldoende spoedeisendheid was aangetoond om de vordering tot ontruiming te rechtvaardigen en dat de belangen van [gedaagde], die het risico liep op straat te worden gezet, zwaarder wogen.

Ook de geldvordering van [eisers] werd afgewezen, omdat deze onvoldoende onderbouwd was en een deel van de vordering was ingesteld namens Odano B.V., die niet als partij in deze procedure optrad. De rechter veroordeelde [eisers] in de proceskosten, begroot op € 2.659,00, en bepaalde dat zij de wettelijke rente over deze kosten moesten betalen als die niet binnen de gestelde termijn voldaan zouden worden. De uitspraak werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

ADVERTISEMENT

Lees de originele uitspraak hier.

Disclaimer: Deze samenvatting is automatisch gegenereerd en kan daardoor fouten bevatten.
Raadpleeg altijd de originele uitspraak.

ShareSendSend
Previous Post

ECLI:NL:RBGEL:2025:8291 Vordering VvE tegen appartementseigenaar over warmtekosten

Next Post

ECLI:NL:GHDHA:2025:1836 gemeente Den Haag niet in schending van informatieplicht WOZ

Gerelateerde uitspraken>>>

Bestemming van het appartement

ECLI:NL:RBMNE:2025:5507 WOZ-waarde woning gehandhaafd ondanks bezwaren eigenaar

09/11/2025
Bestemming van het appartement

ECLI:NL:RBGEL:2025:9200 huur bedrijfsruimte en ontbinding huurovereenkomst afgewezen

08/11/2025
Bestemming van het appartement

ECLI:NL:RBMNE:2025:5507 WOZ-waarde woning Utrecht bevestigd ondanks bezwaren

08/11/2025

VvErechtspraak.nl

  • Contact
  • Over ons

Bezoek ook eens

Nederlandvve

Alle rechten onder voorbehoud © 2025 VvE Rechtspraak.

Geen resultaten
Bekijk alle resultaten
  • VvE beheer
  • VvE-Incasso
  • Aansprakelijkheid bestuur
  • Procesrecht
  • Overlast en hinder
  • Onderhoud
  • Overige categorieën
    • Bestemming van het appartement
    • Diversen
    • Lekkage en andere schade
    • Rechtsgeldigheid VvE besluit
    • Verbouwingen
    • Verduurzaming
    • Verjaring in de VvE
    • Vervangende machtiging
    • Wijzigingen van de splitsingsakte

Alle rechten onder voorbehoud © 2025 VvE Rechtspraak.