VvErechtspraak.nl
Geen resultaten
Bekijk alle resultaten
  • VvE beheer
  • VvE-Incasso
  • Aansprakelijkheid bestuur
  • Procesrecht
  • Overlast en hinder
  • Onderhoud
  • Overige categorieën
    • Bestemming van het appartement
    • Diversen
    • Lekkage en andere schade
    • Rechtsgeldigheid VvE besluit
    • Verbouwingen
    • Verduurzaming
    • Verjaring in de VvE
    • Vervangende machtiging
    • Wijzigingen van de splitsingsakte
  • VvE beheer
  • VvE-Incasso
  • Aansprakelijkheid bestuur
  • Procesrecht
  • Overlast en hinder
  • Onderhoud
  • Overige categorieën
    • Bestemming van het appartement
    • Diversen
    • Lekkage en andere schade
    • Rechtsgeldigheid VvE besluit
    • Verbouwingen
    • Verduurzaming
    • Verjaring in de VvE
    • Vervangende machtiging
    • Wijzigingen van de splitsingsakte
Geen resultaten
Bekijk alle resultaten
VvErechtspraak.nl
Geen resultaten
Bekijk alle resultaten

ECLI:NL:RBROT:2025:2717 Rechtbank wijst bouwverzoek BMG op perceel Yellow Brick af

by VvERechstpraak.nl
26/06/2025
Reading Time: 2 mins read
A A
0

De zaak in het kort

De kern van de juridische kwestie betreft de vraag of de besloten vennootschap BMG Vastgoed B.V., die een nieuwbouwproject wil realiseren, het recht heeft om gebruik te maken van een gedeelte van het perceel van de gedaagde, The Yellow Brick Roads B.V. BMG beroept zich op het ladder- of steigerrecht uit artikel 5:56 van het Burgerlijk Wetboek, dat onder bepaalde voorwaarden tijdelijk gebruik van een ander perceel toestaat voor bouwdoeleinden. De rechtbank heeft de vordering van BMG afgewezen omdat niet aan de eisen van behoorlijke kennisgeving en schadeloosstelling is voldaan en Yellow Brick gewichtige redenen heeft om het gebruik van hun perceel te weigeren.

Gerelateerde uitspraken

ECLI:NL:GHAMS:2025:1785 hoger beroep WOZ-waarde woning gerechtshof Amsterdam

ECLI:NL:GHAMS:2025:1786 gerechtshof bevestigt WOZ-waarde en procesverloop

ECLI:NL:RBAMS:2025:4420 jeugdstraf voor rol bij ontploffing en mishandeling

Het verloop van het proces en de feiten

Het proces begon met een dagvaarding door BMG op 7 februari 2025, waarin zij de rechtbank verzocht Yellow Brick te verplichten tijdelijk gebruik van hun perceel toe te staan voor bouwwerkzaamheden. De mondelinge behandeling vond plaats op 17 februari 2025. BMG is eigenaar van twee percelen in Rotterdam, waarvan één braak ligt en waarop zij een nieuw bedrijfsgebouw wil oprichten. Naast het braakliggende perceel ligt een perceel dat eigendom is van Yellow Brick, waarop Brightside B.V. een pand huurt.

BMG heeft in 2023 een omgevingsvergunning aangevraagd en gekregen voor de bouw van een bedrijfsgebouw. In de loop van 2024 communiceerde BMG met Brightside over het bouwproject en verzocht om medewerking voor het gebruik van hun perceel voor bouwdoeleinden. Brightside weigerde dit verzoek met het argument dat het gebruik van hun perceel belangrijke veiligheids- en gebruiksfuncties in gevaar zou brengen.

BMG stelde vervolgens een formeel verzoek aan Brightside en Yellow Brick om op grond van artikel 5:56 BW hun perceel te mogen gebruiken, wat wederom werd geweigerd. Yellow Brick diende op 14 februari 2025 een verzoek in bij de gemeente om de verleende omgevingsvergunning in te trekken.

De beslissing van de rechtbank.

De rechtbank beoordeelde dat BMG een spoedeisend belang had vanwege de geplande start van de bouwwerkzaamheden. Echter, de rechtbank oordeelde dat BMG niet had voldaan aan de vereisten voor behoorlijke kennisgeving en schadeloosstelling. BMG had Yellow Brick niet tijdig en concreet geïnformeerd over de bouwplannen en de noodzaak om hun perceel te gebruiken. Bovendien had BMG geen concrete schadeloosstelling aangeboden die de potentiële risico’s en overlast voor Yellow Brick zou dekken.

De rechtbank vond dat Yellow Brick gerechtvaardigde redenen had om het gebruik van hun perceel te weigeren. Deze redenen omvatten onder andere de impact op de nood- en vluchtroutes en de verzekeringstechnische gevolgen van de bouwwerkzaamheden op hun perceel.

De rechtbank wees de vorderingen van BMG af en veroordeelde hen in de proceskosten van Yellow Brick, die werden begroot op € 1.999,00. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de kosten direct door BMG moeten worden betaald. De rechter benadrukte dat de belangenafweging in een bodemprocedure waarschijnlijk in het voordeel van Yellow Brick zou uitvallen, mede door de gebrekkige kennisgeving en schadeloosstelling door BMG.

ADVERTISEMENT

Lees de originele uitspraak hier.

Disclaimer: Deze samenvatting is automatisch gegenereerd en kan daardoor fouten bevatten.
Raadpleeg altijd de originele uitspraak.

ShareSendSend
Previous Post

ECLI:NL:RBROT:2025:3635 beroep tegen omgevingsvergunning serre Maassluis gegrond

Next Post

ECLI:NL:OGEAM:2019:145 ontbreken spoedeisend belang in kort geding

Gerelateerde uitspraken>>>

Bestemming van het appartement

ECLI:NL:GHAMS:2025:1785 hoger beroep WOZ-waarde woning gerechtshof Amsterdam

13/07/2025
Bestemming van het appartement

ECLI:NL:GHAMS:2025:1786 gerechtshof bevestigt WOZ-waarde en procesverloop

13/07/2025
Bestemming van het appartement

ECLI:NL:RBAMS:2025:4420 jeugdstraf voor rol bij ontploffing en mishandeling

12/07/2025

VvErechtspraak.nl

  • Contact
  • Over ons

Bezoek ook eens

Alle rechten onder voorbehoud © 2025 VvE Rechtspraak.

Geen resultaten
Bekijk alle resultaten
  • VvE beheer
  • VvE-Incasso
  • Aansprakelijkheid bestuur
  • Procesrecht
  • Overlast en hinder
  • Onderhoud
  • Overige categorieën
    • Bestemming van het appartement
    • Diversen
    • Lekkage en andere schade
    • Rechtsgeldigheid VvE besluit
    • Verbouwingen
    • Verduurzaming
    • Verjaring in de VvE
    • Vervangende machtiging
    • Wijzigingen van de splitsingsakte

Alle rechten onder voorbehoud © 2025 VvE Rechtspraak.