De zaak in het kort
In deze zaak, behandeld door de rechtbank Rotterdam, is de Vereniging van Eigenaars (VvE) van een appartementencomplex in Rotterdam aangeklaagd door B&R Vastgoed B.V. wegens een langdurige lekkage in een appartement dat B&R Vastgoed in eigendom heeft. De lekkage heeft geleid tot aanzienlijke overlast en mogelijke gevolgschade. B&R Vastgoed vordert dat de VvE afdoende herstelwerkzaamheden uitvoert om de oorzaak van de lekkage te verhelpen en een rapportage over de oorzaak van de lekkage overlegt. De rechtbank heeft geoordeeld dat de VvE verantwoordelijk is voor het verhelpen van de lekkage, ongeacht of de lekkage afkomstig is van een privégedeelte of een gemeenschappelijk deel van het complex.
Het verloop van het proces en de feiten
Het proces begon met de dagvaarding van B&R Vastgoed op 27 september 2024, waarin zij de VvE aansprakelijk stelde voor de lekkage en de daaruit voortvloeiende schade. De lekkage werd voor het eerst gemeld op 16 december 2022, waarna diverse onderzoeken en herstelpogingen volgden, waaronder het vervangen van kitnaden en het uitvoeren van lekdetectieonderzoeken. Desondanks bleef de lekkage aanhouden.
B&R Vastgoed heeft in de procedure aangevoerd dat de VvE op grond van de splitsingsakte verantwoordelijk is voor het onderhoud van de gemeenschappelijke delen, waaronder het plafond van het appartement dat getroffen is door de lekkage. De VvE heeft als verweer aangevoerd dat zij niet aansprakelijk is voor lekkages die hun oorsprong vinden in privégedeelten van het complex en dat B&R Vastgoed de kwestie eerst had moeten bespreken tijdens een algemene ledenvergadering van de VvE.
Tijdens de procedure hebben verschillende deskundigenonderzoeken plaatsgevonden. Deze onderzoeken wezen uit dat er verhoogde vochtwaarden aanwezig waren in de badkamer van het bovengelegen appartement, maar dat er geen duidelijk bewijs was dat de lekkage daarvandaan kwam. Uiteindelijk werd geconstateerd dat de lekkage mogelijk afkomstig was uit een gemeenschappelijk deel of een ander appartement in het complex.
De beslissing van de rechtbank.
De rechtbank oordeelde dat er voldoende spoedeisend belang was om een voorlopige voorziening te treffen. De voorzieningenrechter stelde vast dat de VvE verantwoordelijk is voor het onderhoud en herstel van gemeenschappelijke delen en dat de VvE het probleem tot op de bodem moet uitzoeken. Aangezien er een reële mogelijkheid bestaat dat de lekkage in een gemeenschappelijk deel is ontstaan, is de VvE verplicht om herstelwerkzaamheden te (laten) uitvoeren.
De rechtbank heeft de VvE veroordeeld om binnen drie maanden na betekening van het vonnis de noodzakelijke herstelwerkzaamheden uit te voeren en binnen twee maanden een rapportage over de oorzaak van de lekkage te overleggen. Indien de VvE hieraan niet voldoet, verbeurt zij een dwangsom van € 50 per dag, met een maximum van € 3.000. De rechtbank merkte op dat de VvE, indien de oorzaak van de lekkage uiteindelijk in een privégedeelte blijkt te liggen, regres kan nemen op de betreffende appartementseigenaar.
Daarnaast werd de VvE veroordeeld in de proceskosten, die werden begroot op € 2.088,84. De gevorderde wettelijke rente over de proceskosten werd ook toegewezen. De rechter benadrukte dat de VvE voortvarend te werk moet gaan en de financiële middelen moet vrijmaken om de lekkageprobleem op te lossen.
Dit vonnis onderstreept de verantwoordelijkheid van VvE’s voor het onderhoud en herstel van gemeenschappelijke delen in een appartementencomplex. Het laat ook zien dat eigenaars van getroffen eenheden recht hebben op adequate maatregelen en snelle oplossingen voor problemen zoals lekkages, die aanzienlijke overlast en schade kunnen veroorzaken.
Lees de originele uitspraak hier.
Disclaimer: Deze samenvatting is automatisch gegenereerd en kan daardoor fouten bevatten.
Raadpleeg altijd de originele uitspraak.