De zaak in het kort
De rechtbank Rotterdam heeft een verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 24 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar, wegens medeplegen van oplichting en gewoontewitwassen. De verdachte gebruikte een bouwbedrijf dat slechts op papier bestond als dekmantel om tientallen klanten te misleiden en aanbetalingen te innen voor bouwwerkzaamheden die nooit werden uitgevoerd. Het geld werd vervolgens witgewassen. Daarnaast zijn de vorderingen van de benadeelde partijen voor het grootste deel toegewezen.
Het verloop van het proces en de feiten
Tijdens de zittingen op 5 en 6 juni 2025 behandelde de rechtbank Rotterdam de strafzaak tegen de verdachte en zijn medeverdachten. De verdachte, geboren in 1986, werd bijgestaan door zijn advocaat, mr. M. Jonk. De officier van justitie eiste een gevangenisstraf van 24 maanden met aftrek van voorarrest, gebaseerd op de bewezenverklaring van oplichting en witwassen.
De verdachte en zijn medeverdachten richtten in november 2022 een bouwbedrijf op, aangeduid als [bedrijf A], dat op papier bestond maar in werkelijkheid niet operationeel was. Het bedrijf werd ingeschreven bij de Kamer van Koophandel en had een professionele website en briefpapier. Medeverdachte [medeverdachte 2] bezocht potentiële klanten, presenteerde zich onder een valse naam als inmeter van het bedrijf en overtuigde hen om aanbetalingen te doen voor nog te verrichten bouwwerkzaamheden. Deze aanbetalingen werden direct opgenomen van een bankrekening op naam van het bedrijf.
Een grootschalig politieonderzoek onthulde dat [bedrijf A] geen daadwerkelijke bedrijfsactiviteiten ontplooide. Het adres van het bedrijf was slechts een postadres en het bedrijf had geen werknemers. De verdachte stuurde [medeverdachte 1] aan bij de oprichting van het bedrijf en beheerde de bankpassen van de zakelijke rekening, waardoor hij toegang had tot de gestorte bedragen van de slachtoffers.
Uit bewijsstukken, waaronder Whatsapp-berichten, bleek dat de verdachte en zijn medeverdachten nauw samenwerkten in deze oplichtingspraktijken. [medeverdachte 2] gebruikte voertuigen van de verdachte om klanten te bezoeken en zijn professionaliteit te benadrukken. Klanten werden aldus misleid en bewogen om aanzienlijke geldbedragen over te maken naar een rekening die uiteindelijk voor witwassen werd gebruikt.
De beslissing van de rechtbank
De rechtbank oordeelde dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan medeplegen van oplichting en gewoontewitwassen. De handelingen van de verdachte en zijn medeverdachten waren meer dan slechts wanprestatie; er was sprake van een bewuste misleiding door gebruik te maken van een valse naam, valse hoedanigheid en een samenweefsel van verdichtsels. De rechtbank vond het wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte en zijn medeverdachten tientallen slachtoffers oplichtten en hun geld witwasten door het contant op te nemen.
De rechtbank benadrukte de ernst van de feiten en de gevolgen voor de slachtoffers die vaak aanzienlijke bedragen hadden verloren zonder dat de afgesproken werkzaamheden werden uitgevoerd. De verdachte had geen verantwoordelijkheid genomen voor zijn daden en had de reputatie van de bouwbranche verder geschaad.
De opgelegde gevangenisstraf van 24 maanden, waarvan 6 voorwaardelijk, werd als passend beoordeeld, mede om herhaling te voorkomen. Naast de straf werden de vorderingen van de benadeelde partijen grotendeels toegewezen. De rechtbank vond dat de slachtoffers rechtstreeks materiële schade hadden geleden als gevolg van het strafbare feit en kende hen schadevergoedingen toe, vermeerderd met wettelijke rente. De verdachte en zijn mededaders werden hoofdelijk aansprakelijk gesteld voor de betalingen aan de benadeelden.
De rechtbank verwierp het verweer van de verdediging dat de benadeelde partijen hun vordering alleen bij de curator konden indienen vanwege het faillissement van [bedrijf A], omdat de vordering was gericht tegen de verdachte persoonlijk. De rechtbank oordeelde dat de individuele benadeelden de mogelijkheid hadden om de verdachte rechtstreeks aan te spreken voor de geleden schade.
Met deze uitspraak zette de rechtbank een duidelijk signaal af tegen frauduleuze praktijken in de bouwsector en de ernstige gevolgen daarvan voor de slachtoffers.
Lees de originele uitspraak hier.
Disclaimer: Deze samenvatting is automatisch gegenereerd en kan daardoor fouten bevatten.
Raadpleeg altijd de originele uitspraak.