VvErechtspraak.nl
Geen resultaten
Bekijk alle resultaten
  • VvE beheer
  • VvE-Incasso
  • Aansprakelijkheid bestuur
  • Procesrecht
  • Overlast en hinder
  • Onderhoud
  • Overige categorieën
    • Bestemming van het appartement
    • Diversen
    • Lekkage en andere schade
    • Rechtsgeldigheid VvE besluit
    • Verbouwingen
    • Verduurzaming
    • Verjaring in de VvE
    • Vervangende machtiging
    • Wijzigingen van de splitsingsakte
  • VvE beheer
  • VvE-Incasso
  • Aansprakelijkheid bestuur
  • Procesrecht
  • Overlast en hinder
  • Onderhoud
  • Overige categorieën
    • Bestemming van het appartement
    • Diversen
    • Lekkage en andere schade
    • Rechtsgeldigheid VvE besluit
    • Verbouwingen
    • Verduurzaming
    • Verjaring in de VvE
    • Vervangende machtiging
    • Wijzigingen van de splitsingsakte
Geen resultaten
Bekijk alle resultaten
VvErechtspraak.nl
Geen resultaten
Bekijk alle resultaten

ECLI:NL:RBZWB:2025:5760 Vordering VvE tegen voormalige eigenaren afgewezen

by VvERechstpraak.nl
07/09/2025
Reading Time: 2 mins read
A A
0

De zaak in het kort

In deze zaak stond de Vereniging van Eigenaars (VvE) tegenover twee voormalige appartementseigenaren, [gedaagde 1] en [gedaagde 2]. De VvE eiste betaling van een achterstallige maandelijkse bijdrage en vergoeding van kosten voor de vervanging van sleutels en sloten na de verkoop van het appartement. De rechtbank Zeeland-West-Brabant moest beoordelen of deze eisen gerechtvaardigd waren.

Gerelateerde uitspraken

ECLI:NL:RBZWB:2025:5760 VvE vordering op voormalige eigenaren afgewezen

ECLI:NL:RBNNE:2025:3623 wanprestatie en schadevergoeding bij dakvervanging

ECLI:NL:RBAMS:2025:6524 vastgoedverkoop geschil over vergunningen en boete

Het verloop van het proces en de feiten

[gedaagde 1] en [gedaagde 2] waren tot 1 november 2023 eigenaar van een appartement dat onder het beheer van de VvE viel. Ze betaalden maandelijks een bijdrage van €113,42 aan de VvE. Op 1 november 2023 droegen zij het eigendom van hun appartement over aan een nieuwe koper. Na de overdracht vorderde de VvE een bedrag van €809,06 van de voormalige eigenaren. Dit bedrag bestond uit een verschuldigde bijdrage voor november 2023, incassokosten, en rente. De VvE stelde dat de voormalige eigenaren de automatische incasso voor november 2023 hadden teruggeboekt, terwijl ze tegelijkertijd de bijdrage hadden ontvangen via de notaris van de nieuwe koper. Daarnaast claimde de VvE kosten voor de vervanging van sleutels en sloten, omdat de voormalige eigenaren niet alle sleutels en tags zouden hebben overgedragen aan de koper.

De voormalige eigenaren verdedigden zich door te stellen dat de bijdrage voor november op 2 oktober 2023 was geïncasseerd en dat de notaris de betaling correct had afgehandeld. Ze ontkenden dat ze de betaling hadden teruggeboekt. Verder beweerden ze dat ze alle sleutels en tags die ze hadden aan de koper hadden overhandigd en dat er geen specifieke verplichting was om een bepaald aantal sleutels over te dragen, omdat de VvE geen sleutelplan had.

De beslissing van de rechtbank.

De rechtbank concludeerde dat de VvE geen juridische grondslag voor haar vorderingen had aangedragen. Ten eerste, na de eigendomsoverdracht op 1 november 2023 waren [gedaagde 1] en [gedaagde 2] niet langer lid van de VvE en dus niet verplicht om de bijdrage voor november 2023 te betalen. De VvE had een vordering op de nieuwe eigenaar, die vanaf die datum verplicht was de bijdrage te voldoen. De vordering voor de bijdrage werd daarom afgewezen.

Ten tweede, wat betreft de kosten voor de vervanging van sleutels en sloten, had de VvE geen bewijs geleverd van een verplichting voor de voormalige eigenaren om een specifiek aantal sleutels over te dragen. De VvE had geen relevante documenten, zoals de akte van splitsing of een reglement, overgelegd die zo’n verplichting konden aantonen. Zonder een juridische basis werd ook deze vordering afgewezen.

Daarnaast wees de rechtbank de vordering voor incassokosten en rente af, aangezien de hoofdsom niet werd toegewezen. De VvE werd als de in het ongelijk gestelde partij veroordeeld tot het betalen van de proceskosten van €100,- aan [gedaagde 1] en [gedaagde 2]. De uitspraak werd in het openbaar uitgesproken door de kantonrechter van de rechtbank Zeeland-West-Brabant.

Lees de originele uitspraak hier.

ADVERTISEMENT

Disclaimer: Deze samenvatting is automatisch gegenereerd en kan daardoor fouten bevatten.
Raadpleeg altijd de originele uitspraak.

ShareSendSend
Previous Post

ECLI:NL:RBNNE:2025:3621 wanprestatie bij dakaanneming en aansprakelijkheid onderaannemer

Next Post

ECLI:NL:RBLIM:2025:8522 verdeling woning ex-partners na echtscheiding

Gerelateerde uitspraken>>>

VvE-Incasso

ECLI:NL:RBZWB:2025:5760 VvE vordering op voormalige eigenaren afgewezen

08/09/2025
VvE-Incasso

ECLI:NL:RBNNE:2025:3623 wanprestatie en schadevergoeding bij dakvervanging

08/09/2025
VvE-Incasso

ECLI:NL:RBAMS:2025:6524 vastgoedverkoop geschil over vergunningen en boete

08/09/2025

VvErechtspraak.nl

  • Contact
  • Over ons

Bezoek ook eens

Nederlandvve

Alle rechten onder voorbehoud © 2025 VvE Rechtspraak.

Geen resultaten
Bekijk alle resultaten
  • VvE beheer
  • VvE-Incasso
  • Aansprakelijkheid bestuur
  • Procesrecht
  • Overlast en hinder
  • Onderhoud
  • Overige categorieën
    • Bestemming van het appartement
    • Diversen
    • Lekkage en andere schade
    • Rechtsgeldigheid VvE besluit
    • Verbouwingen
    • Verduurzaming
    • Verjaring in de VvE
    • Vervangende machtiging
    • Wijzigingen van de splitsingsakte

Alle rechten onder voorbehoud © 2025 VvE Rechtspraak.