De zaak in het kort
In deze zaak oordeelt de Raad van State over een beroep dat is ingesteld door een bewoner van Ammerzoden tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van Maasdriel. Dit besluit betreft de vaststelling van een wijzigingsplan dat voorziet in de bouw van een vrijstaande woning in het achtererfgebied van een bestaand woonperceel. De appellanten, die naast het wijzigingsplangebied wonen, konden zich niet met het wijzigingsplan verenigen en voerden diverse argumenten aan tegen de planologische rechtvaardiging en de ruimtelijke inpassing van de nieuwe woning.
Het verloop van het proces en de feiten
Op 28 maart 2023 heeft het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Maasdriel het wijzigingsplan “Ammerzoden wijziging 2022” vastgesteld. Dit plan voorziet in de bouw van een vrijstaande woning op een perceel dat is afgesplitst van een ander woonperceel in Ammerzoden. Het wijzigingsplangebied, dat een oppervlakte heeft van 490 m², grenst aan de zuidzijde aan de doodlopende weg Molenerf.
De appellant, die nabij het wijzigingsplangebied woont, heeft beroep aangetekend tegen dit besluit. De appellant stelde dat het wijzigingsplan zijn belangen schaadt, met name vanwege de nabijheid van de nieuwe bebouwing tot zijn erfgrens en de mogelijke aantasting van zijn privacy en woongenot. Daarnaast was er kritiek op de wijze waarop het wijzigingsplan zou passen binnen het Woningbouwprogramma van de gemeente Maasdriel en binnen het stedenbouwkundig beeld van de omgeving.
Tijdens de zitting op 10 maart 2025 bij de Raad van State hebben zowel de appellant als vertegenwoordigers van het college hun standpunten toegelicht. Ook de eigenaren van het wijzigingsplangebied, [partij A] en [partij B], waren aanwezig en gaven hun visie op de zaak.
De beslissing van de rechtbank.
De Raad van State heeft het beroep van de appellant ongegrond verklaard. Het college van burgemeester en wethouders van Maasdriel heeft volgens de Raad van State terecht het wijzigingsplan vastgesteld. De raad heeft de volgende overwegingen genomen:
1. **Woningbouwprogramma**: De Raad van State oordeelde dat het wijzigingsplan paste binnen het Woningbouwprogramma van de gemeente Maasdriel. Er was geen noodzaak om de woningbouw als inbreiding te kwalificeren zoals de appellant betoogde, en het plan valt binnen de toegestane ontwikkeling van kleine initiatieven.
2. **Stedenbouwkundig beeld**: Het wijzigingsplan werd niet in strijd geacht met het stedenbouwkundig advies. De positionering van het bouwvlak en de afmetingen van de woning waren in overeenstemming met de stedenbouwkundige aanbevelingen. Het plan voldeed aan de voorwaarde van één bouwlaag met kap, in lijn met het omliggende dorpskarakter, en er was geen sprake van een ongewenste achtererfsituatie.
3. **Aangrenzende waarden en belangen**: De Raad van State vond geen bewijs dat de belangen van de appellant onevenredig werden geschaad door het wijzigingsplan. De bestaande rechten voor het bouwen van bijgebouwen bleven van toepassing, en er was geen onrechtmatige aantasting van privacy of het woon- en leefmilieu.
4. **Antidubbelregel**: De argumenten van de appellant dat het wijzigingsplan in strijd was met de antidubbelregel uit het bestemmingsplan werden verworpen, omdat deze regel niet van toepassing was op wijzigingsplannen.
5. **Overige gronden**: De Raad van State vond dat de overige door de appellant aangevoerde gronden, zoals de nadere eisen en de toepassing van de wijzigingsvoorwaarden, geen reden gaven om het wijzigingsplan onrechtmatig te achten.
De uitspraak van de Raad van State bevestigt de geldigheid van het besluit van het college om het wijzigingsplan vast te stellen. Het beroep werd afgewezen en er werden geen proceskosten aan de appellant toegekend. Hiermee blijft het wijzigingsplan voor de bouw van een vrijstaande woning in Ammerzoden van kracht.
Lees de originele uitspraak hier.
Disclaimer: Deze samenvatting is automatisch gegenereerd en kan daardoor fouten bevatten.
Raadpleeg altijd de originele uitspraak.