De zaak in het kort
In deze zaak heeft de Raad van State geoordeeld over een hoger beroep dat was ingediend door een eigenaresse van een woning in Rotterdam. De kern van het geschil was de rechtmatigheid van een machtiging tot binnentreden in haar woning, afgegeven door de burgemeester van Rotterdam. Deze machtiging was verleend vanwege bouwkundige gebreken aan het pand, die tot bestuursdwang hadden geleid. De eigenaresse betwistte de noodzaak en urgentie van de machtiging en voerde aan dat er geen sprake was van een acuut gevaar dat een dergelijk ingrijpend middel rechtvaardigde. De Raad van State gaf haar gelijk en vernietigde de eerdere beslissingen van zowel de burgemeester als de rechtbank.
Het verloop van het proces en de feiten
De eigenaresse van de woning, [appellante], maakte bezwaar tegen de machtiging tot binnentreden die de burgemeester van Rotterdam op 10 juli 2023 had afgegeven. Deze machtiging was gebaseerd op artikel 3, tweede lid, van de Algemene wet op het binnentreden (Awbi) en was bedoeld voor een inspectie door een extern bouwkundig bureau. De inspectie was nodig om de bouwkundige staat van het pand te beoordelen, nadat er al eerder een last tot bestuursdwang was opgelegd door de gemeente vanwege bouwkundige gebreken.
De eigenaresse had eerder een handhavingsverzoek ingediend, wat leidde tot de constatering van funderingsproblemen en verzakkingen. Hoewel tijdelijke stabiliseringsmaatregelen waren getroffen door de Vereniging van Eigenaars (VvE) waartoe zij behoort, vond de gemeente een verdere inspectie noodzakelijk. De gemeente stelde voor om de inspectie op 10 of 11 juli 2023 te laten plaatsvinden, maar [appellante] gaf aan op die data niet beschikbaar te zijn en verzocht om meer informatie over de kwalificaties van de inspecteurs.
Toen de inspectie alsnog op de voorgestelde data doorgang zou vinden, zonder dat [appellante] zich had kunnen voorbereiden of instemmen met de betrokkenen, besloot de gemeente een machtiging tot binnentreden te verlenen. Het bezwaar dat [appellante] hiertegen maakte, werd door de burgemeester ongegrond verklaard en ook haar beroep bij de rechtbank Rotterdam bleef zonder succes.
De beslissing van de rechtbank
De Raad van State oordeelde dat de rechtbank ten onrechte had geoordeeld dat er sprake was van een urgente situatie die een machtiging tot binnentreden rechtvaardigde. De Afdeling bestuursrechtspraak benadrukte dat het binnentreden van een woning zonder toestemming van de bewoner een zeer ingrijpende maatregel is, die alleen kan worden gerechtvaardigd bij een voldoende ernstig vermoeden van een illegale situatie. In dit geval was er onvoldoende aangetoond dat er een acute noodzaak bestond die het binnentreden op de door de gemeente voorgestelde data rechtvaardigde.
De Raad van State stelde vast dat de gemeente niet voldoende rekening had gehouden met de belangen van [appellante] en dat er geen andere, minder ingrijpende middelen waren onderzocht om de situatie op te lossen. De inspectie was niet dermate dringend dat deze zonder instemming van [appellante] op de voorgestelde data moest plaatsvinden. Bovendien was er geen acuut gevaar aangetoond dat het onmiddellijk binnentreden noodzakelijk maakte.
Als gevolg hiervan vernietigde de Raad van State de eerdere besluiten van de burgemeester van 9 januari 2024 en de rechtbank van 2 december 2024. De machtiging tot binnentreden werd herroepen en de uitspraak van de Raad van State kwam in de plaats van het vernietigde besluit. Daarnaast werd een schadevergoeding van € 2.956,03 toegekend aan [appellante] voor de materiële schade die zij had geleden door het onrechtmatige besluit. De immateriële schadevergoeding werd echter afgewezen, omdat [appellante] niet voldoende had aangetoond dat er sprake was van geestelijk letsel dat recht geeft op compensatie.
De beslissing van de Raad van State laat zien dat de overheid voorzichtig moet omgaan met het verlenen van machtigingen tot binnentreden en dat de belangen van de betrokken bewoners zorgvuldig moeten worden afgewogen. Het is van cruciaal belang dat er sprake is van een daadwerkelijk acute en dreigende situatie voordat dergelijke ingrijpende maatregelen worden toegestaan.
Lees de originele uitspraak hier.
Disclaimer: Deze samenvatting is automatisch gegenereerd en kan daardoor fouten bevatten.
Raadpleeg altijd de originele uitspraak.