De zaak in het kort
De Rechtbank Amsterdam heeft op 28 augustus 2025 een beschikking gegeven in een zaak waarbij een Vereniging van Eigenaren (VvE) heeft verzocht om verlof voor de executieverkoop van een vervreemdbaar lidmaatschapsrecht. De VvE had beslag gelegd op het lidmaatschapsrecht van een van haar leden, [belanghebbende 1], vanwege openstaande schulden. De rechtbank heeft het verzoek van de VvE toegewezen en bepaald dat het lidmaatschapsrecht executoriaal kan worden verkocht.
Het verloop van het proces en de feiten
Het proces begon met een reeks juridische stappen door de VvE tegen [belanghebbende 1], die lid is van een coöperatie genaamd [belanghebbende 2]. Deze coöperatie beheert bepaalde appartementsrechten. [belanghebbende 1] had op basis van zijn lidmaatschap recht op het exclusieve gebruik van bepaalde privégedeelten van een gebouw.
De VvE had eerder via de kantonrechter vonnissen verkregen waarbij [belanghebbende 1] werd veroordeeld tot het betalen van aanzienlijke bedragen aan de VvE, namelijk € 10.160,80 en later nog eens € 18.666,91, vermeerderd met rente en kosten. Nadat [belanghebbende 1] niet aan deze betalingsverplichtingen voldeed, liet de VvE executoriaal beslag leggen op zijn lidmaatschapsrecht.
In hun verzoekschrift aan de rechtbank legde de VvE uit dat zij op basis van de vonnissen beslag hadden gelegd op het lidmaatschapsrecht en dat zij belang hadden bij het uitvoeren van het beslag, omdat [belanghebbende 1] nog niet aan zijn betalingsverplichtingen had voldaan. De VvE vroeg de rechtbank om te bepalen dat het in beslag genomen lidmaatschapsrecht verkocht en overgedragen kon worden, en dat een deurwaarder als vertegenwoordiger van [belanghebbende 1] zou optreden bij deze verkoop.
De beslissing van de rechtbank.
De rechtbank Amsterdam oordeelde dat het verzoek van de VvE op de wet was gebaseerd. De rechtbank stelde vast dat de VvE beschikte over twee executoriale titels jegens [belanghebbende 1] en dat deze nog niet aan zijn betalingsverplichtingen had voldaan. De rechtbank vond dat de VvE belang had bij de verkoop van het in beslag genomen lidmaatschapsrecht om zich uit de opbrengst te kunnen voldoen.
De rechtbank constateerde dat het beslag op het lidmaatschapsrecht op rechtsgeldige wijze was gelegd en dat de voorgeschreven formaliteiten en termijnen in acht waren genomen. Daarom werd het verzoek om verkoop en overdracht van het beslagene toegewezen.
De beschikking bepaalde dat het lidmaatschapsrecht executoriaal kon worden verkocht en overgedragen, met inachtneming van de wettelijke en statutaire bepalingen. De rechtbank wees een deurwaarder aan om de executie uit te voeren en maakte gebruik van de onherroepelijke volmacht die aan [belanghebbende 1] was verleend voor de omzetting en overdracht van het lidmaatschapsrecht.
Verder veroordeelde de rechtbank [belanghebbende 1] in de proceskosten, welke als executiekosten verhaald kunnen worden op de opbrengst van de uit te winnen lidmaatschapsrechten. De beschikking werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat deze onmiddellijk ten uitvoer gelegd kan worden, zelfs als er nog een hoger beroep zou volgen.
Deze beslissing van de rechtbank benadrukt het belang van het naleven van betalingsverplichtingen binnen een VvE en de mogelijkheden die een VvE heeft om rechtmatig beslag te leggen en tot executieverkoop over te gaan wanneer leden in gebreke blijven. Het vonnis laat ook zien hoe juridische structuren binnen verenigingen en coöperaties werken, met name hoe lidmaatschapsrechten kunnen worden omgezet in eigendomsrechten zoals appartementsrechten, en de rol die volmachten kunnen spelen in het overdrachtsproces.
Lees de originele uitspraak hier.
Disclaimer: Deze samenvatting is automatisch gegenereerd en kan daardoor fouten bevatten.
Raadpleeg altijd de originele uitspraak.




